IMG_5013
Sport

Ik ben als voetballer uit Hengelo een nationale held in Afghanistan

Zijn avonturen brachten hem in Thailand, Maleisië, Iran en Afghanistan.
Dave Aalbers
foto's door Dave Aalbers
Dave Aalbers
zoals verteld aan Dave Aalbers

Faysal Shayesteh (29) stapt een café in Hengelo binnen. Weinig mensen hier weten wie hij is, maar in Afghanistan kan Shayesteh niet over straat. Daar is hij namelijk een nationale held. Zeven jaar geleden twijfelde hij nog of het ooit wat met hem ging worden als voetballer. Inmiddels heeft hij er avonturen op zitten in Thailand, Maleisië en Iran. Hij kwam al 43 keer uit voor het nationale elftal van Afghanistan. Momenteel is hij transfervrij, maar zodra de coronacrisis voorbij is, gaat hij zo snel mogelijk terug naar Azië.

Advertentie

VICE zocht Shayesteh op en sprak hem over koffers vol met geld, huisfeestjes in Teheran en kogelwerende auto’s in Afghanistan.

Dit is zijn verhaal.

IMG_4992.JPG

“Ik heb weleens gedacht dat ik een film zat. Na tweeënhalf jaar in Thailand wilde de Maleisische club Pahang FC me hebben. Ik had een meeting in een vijfsterrenhotel in Singapore met de technisch directeur en de financiële man van de club. We zaten in een luxe suite, om me heen zag ik wolkenkrabbers. Ik las het contract nog eens goed door. Toen werd er een koffer op tafel gezet. De koffer ging open: helemaal vol met opgerolde briefjes van honderd dollar. Het was de twee maanden salaris aan tekengeld waar ik om had gevraagd, tienduizenden dollars. Ik keek ernaar en begon gewoon te lachen van blijdschap.

Zeven jaar geleden had ik nog een amateurcontract bij Go Ahead Eagles. Ik was eerder niet doorgebroken bij FC Twente en Heerenveen en Erik ten Hag bood me de kans om fit te blijven bij Go Ahead. Ik kende hem goed uit mijn tijd bij Twente, waar hij hoofd jeugdopleiding was. Erik had het zo geregeld dat een teamgenoot me elke dag met de auto kwam oppikken in Hengelo.

Het is regelmatig door mijn hoofd geschoten om er maar gewoon mee te kappen. Vooral tijdens het opstaan op koude winterochtenden. Ik kreeg geen cent, en ik dacht vaak: daar gaan we weer. Ik weet nog goed dat we regelmatig partijtjes elf tegen elf speelden op de training. Zelfs dan zat ik soms wissel en moest ik maar iets voor mezelf doen. Misschien kon ik maar beter naar mijn vader luisteren en gaan studeren.

Advertentie
IMG_5030.JPG

Maar op een dag kreeg ik een belletje van zaakwaarnemer Romeo Zondervan. Er was een Turkse trainer bij hem op bezoek in Nederland. Die man was net trainer geworden van FC Etar in Bulgarije en was op zoek naar talentvolle spelers. Romeo had beelden van mij laten zien en die trainer was meteen enthousiast. Ik ben naar het huis van Romeo gereden om de trainer te ontmoeten. Hij vroeg of ik over een paar weken kon aansluiten bij een trainingskamp in Turkije. Als het goed zou gaan, kon ik meteen door naar Bulgarije.

Het trainingskamp ging lekker en ik kon uiteindelijk een contract voor een jaar tekenen. Ik kende natuurlijk de verhalen over wanbetalingen in Bulgarije, maar het maakte me serieus niet meer uit. Ik wilde gewoon investeren in mezelf. Ik weet nog dat ik mijn debuut maakte in het stadion en alle fans zag. Dit ging echt ergens over. Er waren supporters die ons uitscholden. Dat gevoel kende ik alleen van toen ik zelf als kleine jongen bij FC Twente op de tribune zat. Ik speelde in een half seizoen alle wedstrijden, wat goed was voor mijn cv. Daarna kreeg de club serieuze financiële problemen en ben ik terug naar Nederland gegaan.

Daar zat ik weer, thuis, zonder club. Mijn vader begon weer over het oppakken van een studie. Een zaakwaarnemer regelde nog een stage in Roemenië, maar ook dat liep op niets uit. Ik stond op het punt om een contract te tekenen bij de amateurs van HHC Hardenberg. Dit was het dan, mijn profavontuur, dacht ik. Tot ik ineens weer een belletje kreeg van Ivo, een Afrikaanse zaakwaarnemer die ook mijn laatste stage in Roemenië had geregeld.

Advertentie
IMG_4987.JPG

Ik nam op en zei: “Luister gozer, ik heb geen cent meer over voor een vliegticket of om ergens op stage te gaan.” Nu beweerde hij dat ik op stage kon bij Songkhla United FC, een club in Thailand. Ik moest er in eerste instantie niets van weten. Ik hing op. Een paar dagen later kreeg ik een mailtje van die zaakwaarnemer met een officiële uitnodiging. Ik kon voor tien dagen naar Thailand komen en de club zou alles betalen. Wat had ik te verliezen? Als het niets werd, had ik in elk geval een lekkere vakantie. Een paar dagen later zat ik in het vliegtuig.

Er werd een oefenwedstrijd voor me georganiseerd. Ik begon vanwege mijn jetlag eerst even rustig op de bank. Het ging keihard regenen en er was geen dugout. Ik liep richting de trainer en zei: ‘Gooi me er maar in.’ Mijn zaakwaarnemer probeerde me nog duidelijk te maken dat ik er beter niet zo vroeg in kon gaan. Hij was bang dat ik met mijn jetlag een slechte eerste indruk zou achterlaten. Ik was hartstikke moe, maar op de een of andere manier lukte alles. Ik scoorde twee goals en dribbelde iedereen voorbij. Na de wedstrijd kwam die zaakwaarnemer van de tribune naar beneden. Hij fluisterde in mijn oor: ‘Wow, ik wist niet dat je zo goed was. Thailand is niks voor jou, ik breng je naar de Bundesliga.’ Ik ging helemaal stuk. De president was ook onder de indruk en niet veel later tekende ik een driejarig contract.

Ik speelde in het zuiden van Thailand en had een lekker leventje daar. ‘s Ochtends ging ik lekker ergens ontbijten, daarna aan het zwembad of op het strand liggen, tot ik ‘s avonds moest trainen. Als ik twee of drie dagen vrij was, pakte ik met vrienden vaak een binnenlandse vlucht naar een eiland. We chillden op de mooiste stranden. Bij iedere uitwedstrijd vlogen we vanuit het zuiden via Bangkok. Na de wedstrijd bleven we daar altijd een nacht en heb ik genoten van het geweldige uitgaansleven daar.

Advertentie

Het was gek om mee te maken hoe groot voetballers worden gemaakt in Thailand. Ik had fotoshoots, speelde in reclames en zag mijn foto overal op straat hangen. Ik weet nog goed dat ik voor het eerst een grote poster van mezelf in een winkelcentrum zag. De eerste paar keer maakte ik er nog foto’s van om naar mijn familie en vrienden te sturen. Die vonden het wel mooi om te zien dat hun jongen een grote ster was geworden.

Na tweeënhalf jaar in Thailand kwam ik in Maleisië terecht. Dat was voornamelijk financieel een klapper. Ik had een lekker salaris en kreeg dus die koffer vol tekengeld. Ik speelde er voor Pahang FC, de club van een bekende prins. Aan het begin nodigde hij me een keer uit op zijn golfresort. Hij kwam tegenover me zitten met allemaal bodyguards om zich heen. Hij vertelde dat het niet goed ging met zijn team en dat hij me had gehaald om de club in de hoogste divisie te houden. ‘Dan wacht er een mooie beloning op je,’ zei hij. Niet veel later ging hij er weer vandoor in een helikopter.

Het lukte me uiteindelijk om het team erin te houden. De prins hield zich aan zijn woord en hij stuurde zijn financiële man langs. Met een rugtas vol met geld ging hij alle spelers af, of we nou thuis of in het winkelcentrum waren. Ik kreeg twee maandsalarissen in mijn handen gedrukt, weer tienduizenden euro’s. Ik bracht het meteen naar de bank. Na een half jaar kwam er een nieuwe trainer en werd ik bedankt voor mijn bewezen diensten.

Advertentie

Mijn volgende bestemming werd Paykan FC, een club uit Iran. Dat pakte anders uit dan ik had verwacht: het werd een politiek verhaal. Ik was de eerste Afghaanse voetballer ooit in Iran. Er wonen een miljoen Afghanen in Iran en die worden daar onderdrukt. Bijna elk radiostation uit het land wilde mij hierover spreken. Ik kreeg telefoontjes van Afghaanse mensen of ik iets voor ze kon betekenen, of mijn stem kon laten horen. Terwijl ik eigenlijk naar Iran was gekomen om carrière te maken. Ik kwam niet voor politiek. Ik zat helemaal alleen in Teheran en kreeg van alles op me af. Dat werd me een beetje te veel, waardoor ik op een gegeven moment bijna niet meer met voetbal bezig was.

In plaats daarvan, was ik alleen maar aan het feesten. Via teamgenoten kwam ik terecht op allerlei huisfeestjes, waar ik dan steeds weer nieuwe mensen leerde kennen. Die feestjes waren vaak overdag en officieel mag er natuurlijk niet gedronken worden in Iran, maar de praktijk is anders. Ik drink zelf niet, maar er werd daar wel flink gezopen. De meesten gingen aan het einde van de middag bezopen naar huis. In de middag werd er ook gewoon pilletjes en andere drugs gebruikt, of er werd gesnoven op het toilet.

IMG_5025.JPG

Het leven in Teheran was sowieso niet zoals het vaak op tv wordt geschetst. Ik had vaak niet het idee dat ik in een gevaarlijke stad was. Ik zag wel dat ze in Iran heel erg tegen Amerika en het Westen zijn. Op straat zag ik afbeeldingen van Barack Obama geportretteerd als de duivel. Ik heb in dat half jaar in Teheran bijna niet gespeeld. Na een half jaar had ik genoeg gezien van Iran en ben ik vertrokken.

Advertentie

Het meest trots ben ik toch wel dat ik zes jaar geleden mijn debuut voor het nationale elftal van Afghanistan heb mogen maken. Vanwege de situatie in Afghanistan speelden we aan het begin nooit in eigen land. Bij mijn debuut speelden we bijvoorbeeld in Dubai tegen de Filipijnen. Er zaten dan gewoon 30.000 Afghanen in het stadion. Ik kon het bijna niet geloven. Ook bij mijn tweede wedstrijd, in Koeweit, zaten er weer 25.000 Afghanen. Ik schoot een vrije trap binnen en vanaf toen ging het hard met mijn status.

Allerlei familieleden belden me op om te zeggen dat ik op tv was. Toen er een nieuwe bondscoach kwam, werd ik zelfs een tijdje aanvoerder van de nationale ploeg. Ooit was het mijn droom om überhaupt voor Afghanistan te spelen, tegenwoordig kan ik er niet meer over straat. In het stadion nemen mensen weleens grote foto’s van me mee. Daar staat dan bij: ‘Faysal, we houden van je!’ Er wordt zelfs in Afghaanse tv-programma’s weleens over me gepraat, bijvoorbeeld over mijn tatoeages. Ik pas tegenwoordig wel op met wat ik op mijn social media plaats, want voor je het weet is het groot nieuws in Afghanistan. Ik heb de president al twee keer mogen ontmoeten en er staan schilderingen van mij op gebouwen.

Anderhalf jaar geleden heb ik voor het eerst een thuiswedstrijd in Afghanistan gespeeld. Dat was echt een droom die uitkwam. Het was een chaos qua beveiliging. We werden vervoerd alsof we de president zelf waren. Een groot deel van mijn familie zat op de tribune. Ik moet zeggen dat ik me niet altijd even veilig voel in Afghanistan. Als ik bijvoorbeeld voor een tv-programma word uitgenodigd, heb ik constant beveiliging om me heen en word ik rondgereden in een kogelwerende auto. Het grootste deel van het land houdt van me, maar er zal maar net een gek tussen zitten.

Advertentie

Mijn ouders zijn ontzettend trots dat ik al 43 keer voor het nationale team ben uitgekomen. Mijn vader was arts en is toen ik heel jong was met de familie uit Afghanistan naar Nederland gevlucht. Hij vindt het geweldig dat ik nu de naam Shayesteh groot maak in zijn geboorteland. Doordat er al zo lang oorlog is in Afghanistan, wonen er Afghanen over de hele wereld: van New York tot Australië. Families over de hele wereld kijken naar de wedstrijden van de nationale ploeg. Het idee dat mensen over de hele wereld mij kennen, vind ik inspirerend. Alsof ik een bekende rapper ben, wiens muziek over de hele wereld wordt geluisterd. Dat motiveert mij iedere dag.

De afgelopen twee jaar heb ik in Thailand gespeeld bij de clubs Air Force en Lampang FC. Door het hele corona-gebeuren is het nu wat lastiger om een club te vinden, want Thailand is nog steeds in lockdown. Ik train nu in Nederland mee met wat amateurclubs, maar ik word wel een beetje onrustig van de situatie. Ik ga het liefst weer op avontuur in Thailand, Maleisië of Indonesië. Ik heb er alle vertrouwen in dat ik snel weer goed terechtkom. Ik kijk nog weleens naar de filmpjes op mijn telefoon waar ik in een mooi appartement zit en uitkijk over het strand.

Dan denk ik terug aan de tijd dat ik voor niets bij Go Ahead Eagles trainde. Ik kan nu zelfs mijn familie financieel ondersteunen. Ik geniet er volop van – juist omdat ik ook de andere kant van het leven heb gezien.”

-

Dit is een verhaal uit de serie VICE Sports Avonturiers, waarin Nederlanders aan het woord komen die voor hun sport naar het buitenland zijn vertrokken. Zie hier alle verhalen uit deze serie. Naast onze geschreven verhalen en video's hebben we nu ook een podcast: De Wereld van VICE Sports. De afleveringen zijn hier te luisteren bij Apple of hier op Spotify:

Tagged:voetbal