Waarschijnlijk groeien in je ogen al traantjes van blijdschap bij het zien van de foto hierboven – in de veronderstelling dat het een bak gouden frites op een stokje is. Maar zoals met vrijwel alles in Zuid-Korea wordt het beter zodra je de lagen wegpelt: dit is de Koreaanse Gamja-hotdog (감자핫도그), en zoals de naam al aangeeft zit in dit monster van een halve kilo nog een sappige worst verstopt.
Er valt nog veel te ontdekken in de wereld van snacks. Eerder dit jaar ging ik op zoek naar gefrituurde snackcombinaties in Nederland en Vlaanderen – zeg maar de volgende kapsalon; lokale specialiteiten die je in en rondom je dronken kop stopt na een nachtje rellen. Zo’n rooftocht houdt natuurlijk niet op bij zoiets als een oplegde nationale grens: na de Benelux had ik de mazzel dat ik ook de snackcultuur van Zuid-Korea, Griekenland, Oostenrijk en Turkije kon onderzoeken. Ten snacke!
Videos by VICE
Een kleine disclaimer vooraf: natuurlijk weet ik dat wat wij onder een kapsalon verstaan een bak patat met vlees, kaas, sla en saus is. De snackcombinaties in dit stuk zijn vrije interpretaties daarvan, fantasievolle gefrituurde bouwwerken waarvan ik vind dat je ze moet leren kennen.
Seoul, Zuid-Korea: de Gamja-hotdog (€2)
Myeongdong, de vreselijk drukke winkelstraat waar ik in de rij stond voor de Gamja-hotdog, bood plakken bloedworst, viskoekjes, gekookte zijdewormlarves, gegrilde inktvis en ik probeerde ook een soort van Koreaanse corndog (een worst op een stokje bedekt met beslag). Maar niets overtrof verse patat om een hotdog – eventueel met ketchup of pittige saus. Toegegeven, er zitten wat nadelen aan de Gamja-hotdog: het was iets te zout naar mijn smaak en de rest van de patat viel na acht onhandige happen op de grond – maar niet voordat ik er als een faraoscepter mee rond had geparadeerd door de winkelstraten van Seoul.
Skala, Griekenland: Maria’s Omelette (€15)
We’ve all been there: je probeert iets te koken met de restjes van gisteren, maar krijgt als resultaat altijd een halve pastinaak ingesmeerd met sambal, en drie verbrande doperwten in een nestje van te veel spaghetti. De koks van de Quattro Bar op het eiland Agistri vlakbij de Griekse hoofdstad Athene bakken er heel wat meer van. Aan het tafeltje naast me doken een paar Griekse gasten als ijsvogels op een bord met roodgele spul. Wat bleek: de schotel staat niet op de kaart, omdat het van restjes wordt gemaakt. Toch maken ze het regelmatig als Maria’s Omelette, genoemd naar de dochter van de eigenares van de Quattro Bar. Bij het horen wat er in de combinatie die zij me voorschotelden zat, regende het behoorlijk veel confetti in mijn buik: het was een omelet met patat, uien, tomaten, feta en oregano. Als je in de buurt bent: even vragen waar de Maria’s Omelette van de dag gemaakt is.
Wenen, Oostenrijk: de Käsekrainer (€4)
Het is niet bepaald de eenhoorn onder de worsten, maar wel enorm lekker om in je hoofd te steken en ook nog eens vreselijk Oostenrijks, mocht je dat belangrijk vinden: de Käsekrainer, een verse varkensworst met stukjes kaas erin. De Weense worstenkraam waar ik een portie gesneden Käsekrainer kocht werd gerund door twee Aziatische vrouwen, iets wat de local die mij de worst aanraadde ‘ontraditioneel’ noemde.
Wel geheel volgens traditie kreeg ik er een droog sneetje bruin brood, wat Franse en zoete mosterd en een pepertje bij. Een eerste hap zachte zoute worst met gesmolten Emmenthaler-kaas voelt alsof duizend engeltjes op je tong slowdansen met hun zachte blote voetjes én daarna de afwas voor je doen. Vervolgens ben je niet meer te stoppen tot die lange worst veilig in je maag zit opgeborgen.
Istanbul, Turkije: de islak-hamburger (€1)
Vertel me niets over hamburgers flippen: ik deed het zelf tien jaar lang in een Brabantse cafetaria. Het afbakken van een rauw rond lapje vlees hoort natuurlijk precies goed getimed én geserveerd te worden: niet te bruin, niet te lang, en tussen een licht geroosterd kadetje. Elke hap hoort een belofte te zijn dat er nog een sappige malse hap volgt, en niet anders. Aan dingen als de klassieke hamburger kom je niet.
Vandaar dat het even schrikken was dat in meerdere tenten aan het Taksim-plein in Istanbul complete hamburgers in verse olieachtige tomatensaus worden ondergedompeld en vervolgens vanuit een couveuse worden verkocht. De normaal zo smeuïge burgers veranderen in zompige oranje hapjes tussen nat brood, door de verkoper een ‘islak’ (natte) burger genoemd.
Maar zoals met vele andere veranderingen bleek het gewoon prima, zo niet beter – en de kinderen om me heen kon het echt geen flikker schelen dat de heilige hamburger volgezogen was met zalige tomatensaus. Maar alsjeblieft, vergeet nooit hoe hamburgers horen te zijn.