Zeven bedenkingen bij de sloping van het Zeemanshuis

Ondanks het verzet van actiegroep Redhetzeemanshuis en [deze brief](http:// http://www.kunsthart.org/nl/15/646/open-brief-aan-jan-staes-en-ludo-van-campenhout-stadsontwikkeling-cultuur-in-de-stad-antwerpen.aspx) van een of andere Hollandse student fotografie, heeft Antwerpen toch beslist om het Zeemanshuis, een legendarisch hotel voor zeelui in de hoerenbuurt, te slopen. In de plaats daarvan komen er kantoorruimtes en – één keer raden – lofts! Over vijf jaar woont heel Antwerpen in een kloteloft. Hebben Ludo Van Campenhout en consorten wel goed nagedacht voordat ze deze beslissing namen? Ik maak alvast zeven kritische bedenkingen.

De Chinese straat tegenover het Centraal Station.

1. Je sloopt niet het epicentrum van een buurt
Laten we eerlijk zijn: een hoerenbuurt zonder zeemanshotel is als een Chinese buurt zonder voedselvergiftiging. Die buurt heet toch niet voor niets het Schipperskwartier? Als je het Zeemanshuis weghaalt, heeft de buurt niets meer te maken met schippers. Vanaf dan kun je het enkel nog het hoerenkwartier noemen, en dat klinkt marginaal. Het slopen van dit gebouw is het om zeep helpen van het gezicht van die wijk. Misschien moeten we erover denken om de leeuwen die aan de ingang van de Chinese straat staan, ook om te leggen, of laten we café Hopper op ‘t Zuid met de grond gelijk maken. Dat is het epicentrum van het hippe Zuid waar vijftigers met achterover gekamd grijs haar jonge meisjes flessen cava trakteren terwijl ze met hun Porsche-sleutels rinkelen.

Café Hopper tegenover het Museum van Schone Kunsten moet je als jongedame op donderdagavond bezoeken. Je drinkt heel de avond gratis en wordt naar huis gebracht in een Porsche.

2. De economische impact op de hoeren
Het Zeemanshuis in de hoerenbuurt is de perfecte symbiose van kat en melk. Als men het verblijf van die katten sloopt, zal de lokale prostitutie te kampen hebben met een overproductie aan melk. Dat is slecht nieuws. Toch zijn er tegenwerpingen mogelijk. In plaats van zeelui zullen er kuddes kantoorklerken gehuisvest worden. Men spreekt immers over 12.000 vierkante meter kantoorruimte die in de plaats komt. Dat zijn veel klerken. Ook spreekt men van 15.000 vierkante meter loft. Wie wonen er in lofts? Inderdaad, hippe vijftigers met een midlife crisis. Het is een kwestie van minuten voordat deze groep ongewervelden doorheeft dat een fles cava in café Hopper duurder is dan een fles champagne in een bordeel. Een fles champagne in een bordeel is codetaal voor neuken.

3. Antwerpen wordt één grote loft 
15.000 vierkante meter loft. Als Antwerpen aan één ding een overkill heeft, dan zijn het wel lofts. Niet voor niets is die film van Eric Van Looy in Antwerpen gedraaid. Lofts. Het woord heeft een walgelijke connotatie met loungemuziek en gesuikerde cocktailglazen. Lofts. Ik voel een Europese tournee van St. Germain georganiseerd worden met als startpunt Antwerpen. Noem mij een rooie rakker, maar een loft betekent voor mij: een te duur appartement waar drie goedkopere appartementen konden zijn. Vreemd dat betaalbare woningen een punt was tijdens de verkiezingen.

Lenny heeft deze performance ongetwijfeld geoefend voor een metershoge spiegel in zijn loft.

4. De strijd werd gestreden met de verkeerde muziek
Tijdens de discussie over het al dan niet slopen van het Zeemanshuis, werd de loungeband St. Germain nooit geciteerd. Wellicht komt dat omdat de band instrumentale muziek maakt. Wel werden andere artiesten geciteerd. Eburgemeester Patrick Janssens nam de woorden van Peter Tosch in de mond: “Walk and don't look back.” Wie is Peter Tosch? Hij was een bekende reggae-artiest en de vermeende geestelijke vader van Bob Marley. Hij wilde wiet legaliseren en had volgens mij een aversie voor lofts en zakenmannen. Kris Fierens van de actiegroep Redhetzeemanshuis repliceerde met een citaat van een andere zwarte muzikant: Lenny Kravitz. De citaat luidde: “It ain't over 'til it's over.” Volgens mij woont Lenny in een loft en is hij zakenman. Beide partijen kozen vreemd genoeg voor een citaat uit het kamp van de tegenstander. Misschien zit hier een logica achter.

4x4 wagens zijn voor blonde grieten. Echte vijftigers rijden met een Porsche.

5. Parkeerproblemen
In principe zal er geen parkeerprobleem zijn. Het project bevat een parking van 7.500 vierkante meter. Dat klinkt veel maar bedenk dat loftbewoners graag met een 4x4 rondrijden en die eisen anderhalve parkeerplaats op. Als de vierwieler door het blonde aanhangsel van de vijftiger geparkeerd wordt, tot zelfs twee plaatsen. Nu, als Bart De Wever érgens mee bezig is, dan is het wel met parkeerplaatsen in de stad. Op ‘t Schoon Verdiep gaat het er tijdens het parkeerdossier aan toe zoals in Pulp Fiction, wanneer Samuel L. Jackson naar maffiabaas Marsellus belt om hulp omdat Travolta een zwarte op de achterbank heeft neergeknald. “I’m on the motherfucker. Go back and chill dem niggas out.” Ik citeer een zwarte bekendheid om geen stijlbreuk te plegen. Maar goed, bedenking vijf, daar heeft men duidelijk rekening mee gehouden.

Vakantiekiekje in Berlijn.

6. Hoe gaan we het nieuwe Berlijn worden?
In Berlijn is alles goedkoop en leuk en iedereen mag zich er kunstenaar noemen. Dat wil ik ook in Antwerpen. Maar als we gebouwen als het Zeemanshuis slopen, dan kunnen kunstenaars toch niets meer kraken? Waar moeten zij hun tentoonstellingen houden? In een museum? Dat is zo niét Kreuzberg!

The Docks Hotel tegenover Decathlon aan de Noorderlaan.

7. Waar moeten de zeemannen slapen?
Naar het schijnt verhuizen zij naar een hotel aan de Noorderlaan, buiten de stad. Ik ben het pand eens gaan bekijken. Het ligt tegenover een Decathlon winkel aan een drukke weg. Geen hoeren, alleen maar sociale woningen. Gezellig is dat. Arme zeemannen.