FYI.

This story is over 5 years old.

Festivals

De definitieve moshpit-etiquette

De kunst van bezweet elkaars ribben kneuzen in tien oudhollandse wijsheden.

Laat ik vooropstellen dat een moshpitetiquette ongeveer evenveel tegenstrijdigheden met zich meebrengt als vrije presidentsverkiezingen in Noord-Korea. Toch zijn er in deze gezellige chaos een aantal ongeschreven regels te ontdekken waarvan de deelnemers het enorm zullen waarderen als jij je eraan houdt - ook al heb je al drie vellen consumptiemuntjes achterover geklikt. Hier komen ze:

1. AL IS DE ORDE VERRE HEEN, HELPT EEN ANDER OP DE BEEN

Het is 2014 en de wildste erotische fantasieën doen vandaag de dag de ronde. Mensen worden bloedgeil van de raarste dingen. Penetratie door levende vissen, of geluierd rondrollen in een badje met goulash, je kan het zo dol niet bedenken. Toch moet ik de eerste persoon die dolenthousiast wordt van een stoomwals van modderschoenen en waterig bier nog vinden. Zelfs je grootste vijand MOET opgeraapt worden. Dit gebod staat dan ook niet zomaar op de eerste plek. Sinds de oorsprong van het fenomeen moshpit is dit de belangrijkste en voornaamste regel waar iedereen zich aan dient te houden. Als je terugblikt, en je constateert dat je jeugd valt in de categorie 'tamelijk gelukkig' of hoger, ben je naar een festival gekomen om je kapot te amuseren. Om die reden is er ook muziek geprogrammeerd, en geen eredivisiewedstrijden. Raap. Mensen. Op.

2. ZEKER ÉÉN BIER IN DE HAND, EN STRAKS IN DE LUCHT

Mensen die gaan janken om het feit dat je met een biertje gooit doen dat waarschijnlijk alleen omdat ze op die manier geen statiegeld meer aan je kunnen vragen. Daarom: drink ruim voldoende (in een pit wordt je lichaamsvocht immers razendsnel omgezet in het puurste festivalzweet), maar zorg dat je altijd nog wat in je bekertje laat. Een halfvol biertje beschikt nou eenmaal over meer aerodynamica dan een leeg en zielloos plastic bekertje. De ervaren pilswerper weet dat een bekertje dat voor een derde gevuld is over dezelfde natuurkundige eigenschappen beschikt als een badmintonshuttle. Oefening baart kunst, en voor je het weet ben jij in staat om die jongen met zijn bamboetak vanaf een indrukwekkende afstand te voorzien van een verkwikkende bewustwordingsdouche.

3. LAAT HET U TEGEN DE TIET STUITEN

Tieten zijn echt te gek, laat daar alsjeblieft geen misverstanden over bestaan. Toch weet ik in een moshpit nooit zo goed wat ik aan moet vangen met incidenteel rondstuiterend tietenvlees. Vrouwen die zich in een pit wagen variëren tamelijk van knappe (stomdronken) jongedames die wel zijn te porren voor een verzetje, tot nietsontziende tomboys met Javaanse Jongens onder de sportbeha geklemd en een postuur waar een IKEA-Billy stikjaloers van wordt. Wat voor vrouw dan ook, met tieten in een pit voelt het soms net alsof er een verzameling kostbaar porselein door een olifantenwinkel raast. Deze metafoor is misschien niet helemaal terecht, maar hey, de boze blikken of uitgemaakt worden voor 'grijpgrage viespeuk' ook niet.

4. DE ERGSTE ZUURLUI STAAN AAN WAL

Goed, wat tieten in een pit zijn nog wel prima te overzien. Dat betekent nog lang niet het einde van de wereld. Sterker nog: ze kunnen een uitstekende toevoeging zijn. De enige echte doorn in het oog zijn de mensen die aan de rand van een pit met hun ogen staan te rollen en af en toe passief agressieve duwtjes uitdelen. Als het feestgedruis je echt niet zint, ga dan vijf meter verderop staan. Heb je meteen een goed excuus om bier te halen. Doet de zure duwer dit niet uit zichzelf, dan ligt de oplossing binnen handbereik: vlucht op een onbewaakt moment de pit uit, benader de chagrijn van achteren en til hem of haar de pit in, zoals je vader tijdens een verhuizing de oude beeldbuistelevisie de trap optilt. Hopelijk veranderen de duwtjes dan in actief agressief - een stemming waar de gehele pit genoegen in zal scheppen. Oh ja, denk aan je rug: tillen vanuit de benen.

5. EN VORMT ZICH TOCH ZO'N KRING, IS HET MISSCHIEN EEN LELIJK DING

Een moshpit is niet altijd een orgie van jolijt waarbij alle neuzen dezelfde kant op staan. Trouwens, als bij een orgie van jolijt alle neuzen dezelfde kant op staan betreft het zeer waarschijnlijk een orgie van homoseksuele aard, en het is mogelijk dat niet iedereen daar blij van wordt (tenzij je op Milkshake Festival bent). Dat is precies de crux van dit vijfde punt. Ga even na of iedereen in je directe omgeving behoefte heeft aan fysiek contact, want sommige muziekgenres lenen zich nou eenmaal niet voor een pit. Complete muziekstijlen zijn ter ziele gegaan door pitjes die vooral te onpas de kop op staken. Weet je nog die keer, dat je dat footworksetje naar een hoger niveau wilde bodychecken, maar niemand meedeed? Dat komt omdat de mensen om je heen veel te druk waren met het verzamelen van pek en veren.

6. ALS DE PIL IS IN DE MAN, IS DE WIJSHEID IN DE KAN

Net zoals sommige muziekgenres niet combineren met de edele kunst van het moshen, zo is de combinatie van bepaalde drugs en een kolk van hossend bierzweet ook geen gelukkig huwelijk. Slaat je halfje net in als je door je gekleurde Ray Ban aanschouwt hoe Wavves hun setlist begint af te raggen? Ga dan als de wiedeweerga naar de skippyballenbak om een Cosmopolitan te drinken. Doe het kalm aan en vraag desnoods toevallige voorbijgangers of ze een vloeitje en tippie kunnen missen, als je inmiddels toch al de pendelbus naar AwakeFest hebt gemist. Niemand, maar dan ook niemand in de pit wordt blij van de bastaardzoon van Jerommeke en Tasmanian Devil met klapperkaken die op en neer sjezen als een overstuurde kleurenprinter.

7. BEZINT EER GE BEGINT

Als je een pitje betreedt ga je waarschijnlijk meer kwijtraken dan alleen je waardigheid. Misschien heb je net een fonkelnieuw paar vederlichte neon-Nikies uit de toekomst aangeschaft om de harten van festivalmeisjes met knotjes en klamboerokken aan gort te flirten. Superblits, maar misschien niet zo handig tijdens het moshen. Een middagje wadlopen pakt doorgaans gunstiger uit voor je schoeisel. Daarnaast zijn je schoenen vaak niet eens je enige kostbare bezit. Meestal zeul je ook nog een telefoon en een portemonnee mee, en niet te vergeten genoeg muntjes om een middelgrote badkamer mee te betegelen. Vind een vertrouwenspersoon en dump je shit. Zo voorkom je van die gehurkte en bovendien gestreste zoekacties terwijl om je heen de stierengevechten almaar doorrazen. Tevens bezorg je de eerste hulp een rustige dag zonder noemenswaardige incidenten.

8. WIE WIND ZAAIT ZAL STORM OOGSTEN

In een pitje maak je sneller vrienden dan vijanden. Er is ook een aanzienlijke kans dat je niet in je eentje naar festivals toegaat, maar met vrienden die je al kende vóór de dag des moshpits. Mocht je next level gaan en zin hebben om te stagediven (er zijn ook festivals waar de betuttelingspolitie niet de scepter zwaait), zorg dan dat er op zijn minst wat mensen zijn die zin en tijd kunnen opbrengen om je op te vangen. Je maatjes kunnen ook prima van pas komen om raddraaiers in de pit even de wacht aan te zeggen. Wie zich als een blaaskaak gedraagt zal hier pas mee kappen wanneer hij merkt dat hij de enige is. Communiceren met deze douchebags verloopt liefst non-verbaal. Elleboogjes, pootje haken, een beetje spuug of een polonaise - haal alles uit de kast om de burgemeester van Doucheburg uit zijn ivoren toren te halen.

9. WIE DE SCHOEN MIST TREKKE HEM RAZENDSNEL WEER AAN

Een festival meemaken op maar één schoen lijkt me best kut. Mocht je dan toch je shit kwijtraken, ga er dan vliegensvlug achteraan. Doelgericht en effectief, liefst zonder de boel op te houden. Misschien houdt iemand je schoen/telefoon/trui wel triomfantelijk omhoog. Gebeurt dit niet meteen, wacht dan tot de storm is gaan liggen. Tijdens het razen van de pit let niemand op de vloer, dus meestal ligt je dierbare eigendom gewoon ergens nabij het voormalige epicentrum. Bijkomend voordeel: je verzamelt tijdens je zoektocht waarschijnlijk meer muntjes dan Super Mario met een metaaldetector.

10. WIE DE ETIQUETTE NIET EERT IS HET PITJE ALSNOG WEERD

Dit is het tiende en misschien wel lafste punt van allemaal. Het maakt geen reet uit wat je doet in een pit. De hardere festivalshowtjes zijn bij uitstek geschikt om eens iets anders door je lichaam te laten gieren dan alcohol en het halve periodieke systeem. Dankzij een voorliefde voor anarchie vloeit pure adrenaline naar lichaamsdelen waarvan je niet wist dat je ze had. Dat maakt het allemaal zo mooi, en daarom heeft het inperken van de chaos weinig zin. Wie wil er naar een waterpolowedstrijd kijken wanneer alle zwemmers in hun eigen baan zouden moeten blijven? Niemand, want het is en blijft waterpolo en dat is een oersaaie sport. Dus mep geblinddoekt een paar tieten bont en blauw, neem een iPad mee de pit in en smijt complete kratten bier over de naaldhakken van je doorgesnoven pitgenootjes. Het zal me allemaal een zorg zijn: ik hoop alleen maar dat je me opraapt.