FYI.

This story is over 5 years old.

Stuff

Op geestenjacht in Nieuw Zeeland

Core Paranormal is een groepje mensen dat paranormale kwesties onderzoekt. Hiervoor gaan ze gewapend met meters en camera’s op spokenjacht.

Van links naar rechts: Brenda Huggins, George Shiels, Victoria Edmonds, Catherine Nichol en Jaimie Steel

Palmerston Noth is een pittoresk universiteitsstadje op het Noordereiland van Nieuw Zeeland. Wie het in een reisgids opzoekt kan denken dat je hier een “levendige kunstscène” aan zal treffen, maar dat is gewoon wat opgeklopte taal voor een overdaad aan tuinen en windparken. Wat je waarschijnlijk niet in een reisgids zult lezen is dat het ook de thuisbasis is van Core Paranormal, een geïmproviseerd groepje paranormaal onderzoekers. De groep wordt geleid door George Shiels, een man die me met trots vertelt dat hij nog nooit in een Starbucks is geweest. Ik mag samen met deze Nieuw-Zeelandse Scooby Gang mee op onderzoek in de honderdvijftig jaar oude Napier-gevangenis. We gaan de avond doorbrengen op een plek waar verkrachters en moordenaars geëxecuteerd werden en daarna rechtop begraven zijn, zodat hun ziel nooit zou kunnen rusten. Ik heb er zin in.

Advertentie

George houdt zich sinds het overlijden van zijn zus in 2009 bezig met het bovennatuurlijke. Kort na haar dood gebeurden er ineens vreemde dingen in en rond zijn huis. ’s Avonds hoorden zijn vrienden en familie vaak gezang komen vanuit het schuurtje in de tuin, en spullen in het schuurtje stonden ineens op een andere plek – terwijl de deur echt goed op slot zat. Bezoek kreeg altijd onverklaarbare kriebels in de buurt van het schuurtje en George’s stiefdochter Victoria dacht ooit een geest te zien. Sindsdien is ze altijd zenuwachtig en slaapt ze slecht.

Toen George eindelijk een paar lokale paranormaal onderzoekers over zijn schuurtje vertelde, waren ze niet geïnteresseerd. George besloot dat hij het dan zelf maar moest doen, en kocht en bouwde zelf zijn eigen uitrusting om op spokenjacht te gaan.

Het is het vermelden waard dat deze hele onderneming niet uit een morbide nieuwsgierigheid is ontstaan, maar vanuit de behoefte van de gemeenschap aan informatie en begeleiding rond het onderwerp. “Toen wij hulp zochten was dat er niet. We waren wanhopig, Victoria draaide bijna door,” zegt George.

George 'Chemical Brothers' Shiels

George’s team bestaat uit Brenda (een professioneel balsemer), Victoria (die na de dood van haar biologische vader gekke dingen begon te horen en te zien), Catherine (die doet het camerawerk) en Jamie (een beveiligingswacht die zich bij de groep aansloot omdat hij regelmatig meemaakte dat brandalarmen spontaan afgingen en deuren uit zichzelf open en dicht gingen). Victoria en Brenda zijn de “gevoeligen” van de groep – dat betekent dat zij een sterkere intuïtie hebben als ze met doden communiceren. Jamie is de scepticus van de groep. Het is zijn taak om aardse verklaringen te vinden voor de dingen die ze meemaken.

Advertentie

De groep gebruikt een waar arsenaal aan hightech materiaal om ontmoetingen met spoken te documenteren. Ze hebben infrarood- en ultravioletcamera’s die in verbinding staan met een controlepost, nachtkijkers en warmtezoekers. Ze nemen ook altijd elektromagnetisch-veldmeters, digitale laserthermometers en – vrij indrukwekkend – een laserraster mee. Op Jamie na draagt het team ook sieraden van hematiet, omdat ze geloven dat dat voorkomt dat geesten hen volgen of zich hechten.

George’s tafel met camera’s en apparatuur voor de spokenjacht.

Terwijl we ons voorbereiden op de gevangenis geeft George me nog een paar tips voor hoe je nu precies met dode moordenaars omgaat. Als dingen uit zichzelf bewegen moet ik ze met rust laten, want geesten hebben kennelijk dus een hoop persoonlijke ruimte nodig. Ook belangrijk: geesten ‘eten’ de elektriciteit van batterijen op, dus ik moet mijn apparatuur in de gaten houden. Later die avond gaan de batterijlevels op mijn dictafoon en telefoon inderdaad constant op en neer, en Brenda’s camera verslindt in nog geen tien minuten vier setjes batterijen. #spooky

Jamie aan het meten.

Na mijn briefing proppen we onszelf in de Paranormobiel en rijden we naar de Napier-gevangenis, die sinds de ontmanteling in 1993 als backpackershostel streekmuseum dient.

The Paranormobiel.

Victoria en Catherine geven me een tour door de oude gevangenis en laten me zien waar we ons op gaan concentreren: de galgentuin. Hier kwam het publiek naartoe om vermaakt te worden met wat verhangingen – er moest zelfs voor betaald worden om iemand opgehangen te zien worden. Daarnaast richten we ons op de begraafplaats waar de doden verticaal begraven zijn. Ook zagen we een in de muur gemetseld gat waarin geestelijk zieke gevangenen werden opgesloten om te sterven, en een andere cel waarin een gevangene zelfmoord heeft gepleegd. Zijn afscheidbrief hangt voor de toeristen nog aan de muur.

Advertentie

Victoria gaat een cel binnen.

We beginnen met het lezen van de grondlijn. We checken elk ruimte op tempratuur en elektromagnetische activiteiten. Daarna wordt alles gefotografeerd om te kijken of er ’s nachts iets verplaatst. We focussen ons op bekende hotspots. George legt me net uit hoe de bedrading in elkaar zit als Brenda aan komt rennen. “Ik werd net geduwd,” zegt ze, “naast kamer zeven!”

We gaan naar de plaats van het incident. George vertelt: “wat hier ook moge zijn, het raakt aan ons gewend, want het laat zichzelf steeds vaker aan ons zien.” Bij kamer zeven gebaart Brenda hoe ze door de gang werd gegooid. Ik voel ineens dat de temperatuur snel daalt – de eerste keer dat ik zelf iets ongewoons opmerk dat ik niet echt goed kan verklaren. Er worden snel een paar infraroodcamera’s geïnstalleerd en we gaan weer weg.

De Zware Jongens zorgen voor een beetje luchtig vermaak.

Niet lang daarna stoppen we weer omdat Brenda flitsen ziet van de naam ‘Cassidy’. We gaan naar een kamer waar tegenwoordig de informatie over de voormalige gevangenen ligt opgeslagen. Maar er staat ook een lollig bord met een plaatje van de Zware Jongens waar je je hoofd doorheen kan steken voor een foto. Brenda en Victoria vinden de achternaam Cassidy op een lijst van mensen die opgehangen zijn. Met een beetje geluk komt hij vanavond langs.

De opgehangen camera’s zijn aangesloten op digitale recorders en het team draagt handicams en digitale fotocamera’s bij zich. Jamie pakt de infraroodcamera erbij. Het laserraster wordt opgezet bij de galg en de hele ruimte is doordrongen van laserstralen. Het idee hierachter is dat iets dat onzichtbaar voor het oog is zich misschien wel door het raster beweegt. George beklimt een gammele galg en verandert in een donkere schaduw. Als hij de top heeft bereikt vraagt hij de geest om tevoorschijn te komen terwijl hij rustig uitlegt waarom hij hier is. Als dat niks oplevert vraagt hij of de geest misschien liever met een van de vrouwen spreekt. “Ik ben altijd het lokaas,” klaagt Victoria. George gaat verder: “je moet je juiste toon raken bij de communicatie. Als ze dit zien als Whare Tapu (een heilige plek) willen ze niet teveel gedoe om zich heen.”

Advertentie

De meter van het elektrische veld gaat de hele nacht wild af. De tempratuur daalt een paar keer plotseling. Op een gegeven moment word ik zo ongemakkelijk in de cel waar Brenda werd geduwd dat ik even weg moet.

Op mijn weg naar buiten ervaar ik een gevoel dat ik alleen kan beschrijven als wanneer de haren in je nek overeind gaan staan, maar dan over je hele gezicht. Brenda vertelt me dat er dan waarschijnlijk iets door mij heen gaat. We kammen de hele locatie uit. In de binnentuin hangt de geur van rottend vlees en Brenda zegt dat het de geur van de dood is. Catherine neemt enkele foto's van een bewegende schaduw.

Terug in de controlepost bekijken we de camerabeelden. Ik zie een zwevende gedaante van licht over het scherm bewegen. Op een gegeven moment lichten alle acht bewegingssensoren in één keer op, zonder dat er iets zichtbaars in het frame verschijnt.

Brenda en Victoria voelen zich gedurende de nacht steeds ongemakkelijker en zeggen dat ze zich bekeken voelen door steeds meer geesten. Beide vrouwen worden fysiek getroffen door rare pijntjes.

De verschillende camerastandpunten.

George geeft niet op en vraagt de geesten om zichzelf zichtbaar te maken door met de EMF-meters te spelen of dingen te verplaatsen. De reacties die we krijgen zijn voor het overgrote deel elektromagnetische schommelingen. Maar als we bij de galgentuin en de begraafplaats komen maken we ineens iets heel raars mee. We zien op beide plaatsen heel duidelijk blauw licht door het raster heen bewegen. Er gebeurt hier iets. George kijkt ineens bezorgd. “Ga weg uit mijn hoofd, ga weg uit mijn hoofd,” roept hij. Hij knijpt zijn neus dicht en komt weer bij zinnen. Jaime checkt even of hij okay is en we gaan weer door. We dwalen nog een tijdje door het gebouw, maar al snel wordt duidelijk dat het hoogtepunt van de nacht erop zit.

George spreekt tot de geesten.

George lijkt een beetje teleurgesteld als we inpakken – hij heeft wel eens betere resultaten gehad. Hij doet me denken aan een teleurgestelde vader die terugkomt van een onvruchtbaar dagje vissen. Ik ben daarentegen wel blij dat het hierbij gebleven is. Als iemand die genoeg enge films heeft gezien om te weten dat dit tripje ook had kunnen eindigen met een dood meisje dat uit mijn tv komt kruipen, ben ik tevreden. Ik heb leuke mensen ontmoet, gekke onverklaarbare dingen gevoeld en gezien, en ik ga weg met een nieuwe waardering voor mensen die op geesten jagen.