FYI.

This story is over 5 years old.

Muziek

Depeche Mode-oprichter Vince Clark begrijpt dancemuziek eindelijk

Het interview vindt plaats in Clarkes kelder, een plek die het gemiddelde synthesizermuseum ten schande zou maken.
All photos by Elizabeth Herring

Je kunt de rol van Vince Clarke in de elektronische pop eigenlijk niet genoeg benadrukken. Hij werd geboren als Vincent John Martin in het noordoosten van Londen, en is samen met Dave Gahan, Martin Gore en Andy Fletcher de oprichter van Depeche Mode.

Hij schreef hitsingles als Dreaming of Me, New Life en Just Can't Get Enough, net als het grootste deel van het debuutalbum Speak & Spell uit 1981. Hun muziek – elektronisch, maar toch menselijk – had invloed op artiesten als Nine Inch Nails, Pet Shop Boys, M83, Lady Gaga en ontelbaar veel house- en technoartiesten. Eigenlijk iedereen in het rijk der elektronische pop.

Advertentie

Aan het einde van dat jaar (1981) – na het succes van Speak & Spell – verliet Clarke de band. Samen met Alison Moyet begon hij Yazoo, waarmee hij hits als Situation en Don't Go maakte. Rond 1985 werkte hij samen met Andy Bell en vormden ze samen Erasure, met tintelende nummers als Oh L'Amour, Who Needs Love Like That en Sometimes.

Zelfs op papier had hij toen al een indrukwekkende carrière. Toch is hij geen opschepperige rockster. Integendeel, Clarke is een bescheiden man. Als ik voor het interview aankom bij zijn huis, in een groene straat in Brooklyn, ontmoet ik een bescheiden artiest met een flinke dosis zelfspot. Iemand die zelfs aan zichzelf twijfelt. "Toen het eerste album slecht verkocht, dacht ik: nu is het klaar. Ik moet werk zoeken bij een advertentiebureau," vertrouwt hij me toe. "Ik twijfel nog steeds over het verloop van dingen, wat ik ga doen als alles eindigt."

Afgaand op Erasure, kan hij waarschijnlijk wel stoppen met piekeren. Met een rijk arsenaal aan heruitgebrachte platen, en een nieuw album (het zestiende) in de pijpleiding, komt het vast goed met hem. Ondertussen is hij ook nog bezig met meerdere zijprojecten. In de laatste paar jaar bracht hij een techno-album uit met Martin Gore van Depeche Mode, onder het alias VCGM, met remixen van Plastikman, Goldfrapp, Bleachers en Future Islands. Ook werkte hij samen met Jean Michel Jarre, voor een paar tracks op diens album Electronica 1. Maar vandaag ben ik hier om te praten over zijn huidige project: een samenwerking met Paul Hartnoll van Orbital

Advertentie

Het resultaat is een album met de titel 2Square dat onlangs uitkwam. Het is de eerste release op zijn nieuwe label VeryRecords, volgens eigen zeggen 'een klein platenlabel dat zich focust op het uitbrengen van verfijnde elektronische muziek'. Het label (zijn eerste), is ook een experiment voor de veteraan. "Ik bedacht me dat het een uitdaging zou zijn om alles zelf te doen," zegt hij. "De muziek masteren, zorgen dat het wordt uitgebracht, proberen uit te zoeken hoe je werkt met de pers. Vroeger deden anderen dat voor mij, waardoor ik geen idee had hoe dat werkt. Kun je mensen opbellen en zeggen: "Hey, wil je een recensie schrijven over mijn plaat?"

Het album is een mengeling van vierkwartsmaten, Clarkes heldere gevoel voor pop en de dromerige house van Hartnoll. Daarnaast is het gewoon een super goede plaat.

Het interview doen we in Clarkes kelder, een plek die elk synthesizermuseum ten schande maakt. Overal waar je kijkt staan indrukwekkende machines. Er staat een Prophet 5, een Doepfer A0-100, een Roland System 100m, Moogs, ARPs, Arturia's. Je snap het wel. Zijn favoriet? Een Sequential Circuits Pro One, vanwege de supersnelle envelope generators, en gestoorde modulators, verklapt hij. Daarmee zijn ook de meeste geluiden van het eerste album van Yazoo mee geproduceerd

THUMP: Waar kom je liefde voor synthmuziek vandaan? Ik gok dat je – net als de meeste jongeren – vroeger een rocker was.
Vince Clarke: Om eerlijk te zijn was ik meer geïnteresseerd in folk toen ik jonger was. Ik herinner me nog dat ik voor het eerst interesse had in synths. Ik luisterde de b-kant van OMD's Electricity, de track heette Almost. Toen ik dat voor het eerst hoorde… Er zat zoveel eenvoud in, het voelde als akoestische muziek voor mij. Vol emotie. Een paar jaar geleden las ik een lijstje van jouw tien favoriete albums. In de lijst staat OMD, net als andere artiesten die je zou verwachten van muzikant als jij, waaronder Kraftwerk en Philip Glass. Maar er stonden ook een aantal verrassende keuzes in, zoals The Sex Pistols, en Led Zeppelins vierde album.
Led Zeppelin, zeker. Eerst voelde ik de muziek niet zo, dat kwam later, toen ik een goed geluidssysteem had aangeschaft. De plaat klinkt geweldig op vinyl, zeker als je hem lekker hard zet. Black Dog is een ongelofelijke plaat. Ik wil niet teveel terugblikken, maar het is het vaak genoemde argument dat de andere bandleden een donkerdere richting wilden inslaan dan jij. Is dat de reden dat je de band hebt verlaten?
Nee… het ging gewoon niet meer. We waren nog jong. Alles ging vlot en goed, maar het werd allemaal teveel. Dat begon al voordat het eerste album uitkwam. We hadden drie singles voor het album. Twee van ons hadden zelfs nog een werkloosheidsuitkering toen we begonnen. Niet veel later speelden we ineens shows in Parijs.

Advertentie

Veranderde je je achternaam naar Clarke om te voorkomen dat ze zouden ontdekken dat je een uitkering had, en je niet wilde dat ze ontdekten dat je geld verdiende?
Ja, dat kon niet anders. Ik deed een interview voor de krant en plotseling realiseerde ik mij dat het zou opvallen als we optraden. Kijk je met een goed gevoel terug op je vroege jaren?
Het is zo lang geleden dat ik er niet meer zoveel aan denk. Het materiaal dat ik maakte met Alison herinner ik me goed, omdat we niet zo lang een reünie deden
.
Hoe was het om die tracks na vijfentwintig jaar weer te spelen?
Het was fijn en vreemd tegelijk. Toen ik de sporen weer zag, realiseerde ik me hoe simpel het eigenlijk in elkaar stak. Het is echt niet veel, maar daardoor zijn het goede platen.

Een van je vroegere projecten is natuurlijk Erasure.
We zijn dertig jaar verder. En op de helft van ons nieuwe album. Hoe is je werkrelatie met Andy?
Die is prima. We kibbelen nooit. Het zal vast helpen dat jullie niet continu samen zijn, wat waarschijnlijk wel zo was met Depeche Mode.
Dat is waar ja, maar als we samen zijn werkt het. Als je meeschrijft met een ander moet je hem blindelings kunnen vertrouwen, en behandelen met respect. Dan doen we.

We zitten in een ruimte vol met synthesizers, met vooral analoge synths. Werk je nog steeds voornamelijk met analoge apparatuur?
Tegenwoordig doe ik zelf de voorbereiding: van het programmeren en het arrangeren, tot en met het resterende computerwerk. Dat converteer ik vervolgens naar analoog. Eerst werkte ik alleen maar analoog, want vroeger had MIDI een slechte timing. Ik experimenteerde ermee, maar het leverde teveel problemen op, dus besloot ik weer terug te gaan op de ouderwetse synthmethode. Met de komst van Logic ging het roer om. Vanaf toen kon ik alles precies zo neerzetten als ik wilde.

Advertentie

Je gebruikte geen MIDI in die periode, is dat ook reden dat je geluid verschilt met andere artiesten uit die tijd?
Het ging uiteindelijk om de sequencer. Met Depeche Mode gebruikten we de ARP 16-step sequencer. Daarna gebruikte we een Roland MC-4, en vervolgens een 16-step sequencer van een bedrijf dat Umi heette, die speciaal ontwikkeld was om met de BBC Micro te gebruiken. Het deed alles waarvoor we het nodig hadden.

Word je weleens gestoord van mensen die vragen naar vroeger.
Nee, ik vind het niet erg. Ik kan me de details toch niet herinneren. Doe je in deze ruimte het meeste werk?
Nou, voor het nieuwe album van Erasure hebben Andy en ik het meeste geschreven in Miami, in een gehuurd huis. Is het waar dat je componeert op je gitaar?
Ja, de meeste demo's zijn opgenomen met een akoestische gitaar. We proberen het eenvoudig te houden, gewoon de melodieën uitwerken.

Het lijkt erop dat je het liefst samenwerkt met anderen. Heb je weleens solo iets uitgebracht.
Nee nooit. Er is niets van mijn solowerk dat ik iemand zou laten luisteren.

Ik weet niet of het telt als solorelease, maar ik heb vrienden die fan zijn van je samplepack uit 1993, Lucky Bastard,
Haha, oké! Maar ik geniet van samenwerken. Hoe ouder ik word, hoe meer mijn voorkeur daar naar uitgaat. Als ik hier werk, ben ik soms heel eenzaam. En als ik alleen werk heb ik het gevoel dat ik mezelf moet forceren. Ik weet dat Paul Hartnoll in een gezamenlijke studio werkt in Brighton. Hij vindt het fijn – ze socializen en geven elkaar feedback. Zoiets zou ik ook willen. Het een beetje cliché om te zeggen over een samenwerking van twee gevestigde artiesten, maar het lijkt alsof jullie nieuwe materiaal echt een samensmelting is van twee verschillende geluiden.
Het loopt gewoon zo. Als je samenwerkt moet je openstaan voor andermans ideeën. Anders is het geen samenwerking. Al hebben we een gelijksoortig verhaal, Paul en ik hebben allebei ons eigen muzikale pad bewandeld. Orbital was veel dansbaarder dan al het andere waar ik bij betrokken was. Ik gok dat het schrijfproces voor een plaat als deze plaat verschilt met hoe het was bij Erasure. Ik betwijfel of je gewoon gaat zitten en je akoestische gitaar erbij pakt.
Nee, totaal niet. Er was een hoop gekloot en geknip met samples. Dat is de basis van veel muziek. Zo ging het ook met de VCGM-plaat, die ik maakte met Martin Gore. Dat was een project dat me inspireerde. Het trok me meer richting de dancemuziek. Daarvoor begreep ik dancemuziek voor geen meter. Ik kende Beatport niet eens. Maar ik had zoveel plezier in het produceren van albums, en wilde nog zo'n album maken, zonder Martin. Niet dat ik iets tegen hem heb, maar ik heb al een album gemaakt met hem. In het persbericht beschrijf je dit album als huis-house. Kan ik aannemen dat dit housemuziek voor thuis is?
Eerlijk gezegd kon ik eigenlijk niets beters bedenken, haha. Zoals ik al zei, ben ik nieuw in deze business. Ik had nooit eerder een eigen label, en daardoor nooit geweten hoe het werkt. Het is eigenlijk een soort van grap. En ik ken nog een paar mensen die zoiets zouden doen. Een paar tracks zijn prima geschikt voor de dansvloer. Zijn er plannen om ze als singles uit te brengen?
Op dit moment niet, maar we gaan kijken of er vraag naar is. Paul zei interesse te hebben voor een remix, dus dat zou een goede reden zijn. En ik weet nog anderen die dat zo zouden oppakken.

Gaan jullie vaker samenwerken?
Er zijn nog geen plannen, maar het kan nog alle kanten op. Het was heel leuk om te doen, vooral het laatste beetje werk met Paul in de studio. Nu ik samenwerk en we aan het opnemen zijn, zingt hij alles in en ontferm ik me over de muziek. Omdat we allebei in een ander werelddeel wonen, komen we fysiek niet samen voor de mix. Alles ging via het internet. Hij had ook nog een leuk ding, een heuse mixing console! Ik had al lang niet meer met zo'n ding gewerkt. Het voelde goed. Je bent vijfendertig jaar bezig met succes waar de meeste artiesten alleen maar van kunnen dromen. Wat motiveert je om door te gaan?
Eerlijk waar: geen idee. Ik ben echt niet bezig om mezelf te bewijzen. En ook niet om de beste plaat sinds Yesterday van The Beatles te schrijven. Sommigen zullen zeggen dat je een paar platen hebt die minstens zo goed zijn.
Ik zou dat nooit zeggen. Maar ik denk dat het meer om het idee gaat, tegenwoordig. Vanuit het niets kunnen platen en ideeën ontstaan. Je plant het niet, er geen sprake van een concept. Dan is het mogelijk om te eindigen met symfonisch stukje werk. Het is onvoorspelbaar, dat houdt het interessant. 2Square is uit op VeryRecords. En verkrijgbaar via iTunes.

2Square is out now on VeryRecords, available on iTunes.