FYI.

This story is over 5 years old.

Het Superkawaii!-Issue

Een verhaal over de kracht van olijfolie

Thomas Heerma van Voss schreef voor ons een verhaal over Jacqueline en haar fles olijfolie.

Tekening door Gijs Deddens

Haar bijdrage aan het feestmaal bestond uit een fles olijfolie. Dat was typisch iets waar Philip niet aan zou denken. Vlees, drank en zoutjes zou hij ongetwijfeld in grote hoeveelheden inslaan, maar vlak voor het feest ook nog olijfolie kopen - nee, dat kwam niet in hem op. Tevreden hield ze de fles onder haar arm. Ze zag voor zich hoe ze binnen zou komen in een huis waar de hamburgers en broodjes klaar lagen, en waar zij het ontbrekende onderdeel zou vormen. Maar toen ze de woonkamer binnenliep, zag ze alleen Philip. Hij stond gebogen over een lade en knikte haar vluchtig toe terwijl hij een slinger uit de knoop haalde.

Advertentie

‘Waar is iedereen?’ Ze deed haar best het zo nonchalant mogelijk te laten klinken, alsof ze dagelijks feestjes langsging, alsof ze hier niet al weken naar had uitgekeken.

‘Ze komen zo.’ Philip klom naast haar op een stoel. Hij probeerde een slinger op te hangen met het opschrift: Hartelijk gefeliciteerd!!!

‘Er is toch niemand jarig?’ vroeg Jacqueline aarzelend. ‘Dit is toch je housewarming?’

‘Ja, dat weet ik ook wel. Maar het was de enige slinger die ik zo gauw kon vinden. Wil je anders even helpen?’

Zonder iets te zeggen hingen ze de slinger op. Hij bleek breder dan de muur die hij moest versieren, waardoor slechts een deel van het opschrift zichtbaar werd. Nu stond er alleen maar: Hartelijk gefel.

Jacqueline ging zitten, ze pakte de kurkentrekker en de fles Merlot die op tafel klaar stonden. Het liefst had ze de rest van Philips appartement ook bekeken, maar dat kon ze natuurlijk niet ongevraagd doen. ‘Leuk huis,' zei ze, terwijl ze de kurkentrekker in de fles zette. 'Ik heb trouwens ontzettende zin in een slok. Wil jij ook? Hoelang is het eigenlijk geleden sinds we elkaar gezien hebben? Volgens mij ruim zes maanden. Weet je nog, toen we koffie dronken bij café Dantzig, twee dagen voor de verjaardag van Petra? Dat moet vorige zomer geweest zijn, Dantzig bestaat niet eens meer."

Ze draaide aan de kurkentrekker, een minuut, twee minuten, ze draaide en draaide maar de fles bleef gestoten.

Advertentie

‘Ik help wel.’ Philip leek te zuchten toen hij van de stoel kwam; zonder nog iets te zeggen pakte hij de kurkentrekker. Even schampte zijn hand die van Jacqueline, ze voelde een warm, tintelend gevoel in haar buik, maar toen ze Pieter vervolgens vriendelijk probeerde toe te lachen, zag ze dat hij alleen maar oog had voor de fles Merlot.

‘Zo doen we dat,’ zei hij na een paar seconden. Hij vulde een glas voor haar, rode wijn die bijna tot de rand kwam. Zelf hoefde hij niets te drinken.

‘Hier, ga toch zitten,’ zei Jacqueline, er sloop een behaagzucht in haar stem die ze slecht verdroeg. ‘Neem ook wat, dan kunnen we samen drinken. De anderen komen vanzelf wel. Of niet, haha.’

Philip leek haar niet te horen. Hij liep naar het aanrecht om een schaal met pistachenootjes te vullen. Hij zou haar nu alsnog kunnen groeten, een zoen op haar wang geven, een nonchalante hand op haar schouder leggen, maar dat had hij eigenlijk nooit gedaan.  Ze had nooit durven vragen waarom eigenlijk niet.

‘Hoe laat heb je de mensen uitgenodigd?’

‘Eind van de middag.’

‘Maar… maar het is nu kwart over zeven.’

‘Nou, dan zullen ze gauw komen.’ Achteloos zette hij de schaal pistachenootjes op tafel, en nog voordat Jacqueline iets had kunnen zeggen, liep hij terug naar de keuken. Ze hoorde een lade opengaan, het geschraap van een mes over een houten plankje.

‘Het wordt trouwens niet zo druk,’ riep hij. ‘Dat leek me alleen maar gedoe en mijn meeste vrienden hebben het huis toch al gezien. Dit is meer voor de mensen die ik minder spreek. Je moet geen vreemde raken van je eigen omgeving, weet je wel. Mijn stiefvader zal straks even langskomen. En nog een paar oude schoolgenoten geloof ik.’

Advertentie

In één keer sloeg Jacqueline haar glas Merlot achterover. Wat moest ze doen? Verhalen vertellen, net zoals vroeger tijdens de les? Ooit had hij gezegd dat hij haar opmerkingen zo fantastisch vond, dat hij net zo scherp wilde zijn als zij. Maar waar kon ze over vertellen? De afgelopen jaren had hun contact zich beperkt tot nietszeggende schoolreünies, een spaarzaam kopje koffie in de binnenstad, een toevallige ontmoeting bij een kruispunt.

Ze kon nu toch niet weer haar beproefde verhalen over klasgenoten en leraren van de middelbare school oprakelen? Niet nu, vandaag zou ze nieuwe dingen vertellen die hij wilde horen. Overtuigender. Volwassener.

‘Ik kan iets te eten klaarmaken,’ zei ze. ‘Ik heb olijfolie bij me, dus we kunnen onbeperkt bakken. Dan ontvang jij de gasten en maak je een drankje voor ze, terwijl ik achter het fornuis sta.' Ze hervulde haar glas, nam een nieuwe slok. 'Ja, laten we het zo doen. Als een stelletje, een paar dat al jaren samen is.’

Bij die laatste zin schoot ze in de lach. Een schaterlach was het, die secondelang aanhield. Met de zak pistachenootjes nog in zijn hand draaide Philip zich naar haar toe. Er stond een glimlach op zijn gezicht, maar zijn ogen verraadden verbazing. Zoals ouders kijken wanneer hun kind lacht om iets onbegrijpelijks, en ze toch willen delen in de vreugde.

‘Het was maar een idee,’ zei ze vlug. ‘Wil je ook wat Merlot?’

Even leek hij van plan naar haar toe te lopen, maar toen klonk er plotseling een hoog, snerpend geluid. De deurbel. In hoog tempo liep hij naar de gang, waar hij op een knopje drukte om open te doen. Het volgende momentmeende Jacqueline enthousiast gegil en vervolgens het gesmak van een zoen te horen. Maar dat kon ook de dichtvallende deur zijn.

Advertentie

‘Tjee, wat is het hier mooi geworden, Phiel!’

Naast Philip stond een blondine die Jacqueline bekend voorkwam. Heel bekend zelfs, ze hadden in dezelfde scheikundeklas gezeten. Wat deed zij hier? Zij zat altijd in haar eentje, zwijgend met een kladblok op de voorste rij. Jacqueline herinnerde zich een spreekbeurt die ze met Philip had moeten voorbereiden, samen in de schoolbibliotheek. In de praktijk bereidden ze helemaal niets voor, ze praatten alleen maar over hun klasgenoten. Dat deden ze vaker. Middagen lang – zelfs de oninteressantste klasgenoten passeerden de revue en werden met wat onschuldige grapjes belachelijk gemaakt. Alleen zijzelf bleven ongeschonden. Tijdens het voorbereiden van die scheikundespreekbeurt bespraken ze Trudie. Toen pas. Alleen toen. Daarvoor en daarna kwam ze zelfs niet voor bij het bespreken van de oninteressantste klasgenoten. Binnen een paar zinnen waren ze klaar met haar, bovendien. Philip noemde haar saai, waarschijnlijk ook heel eenzaam, en daarna glimlachte hij ineens heel opgewekt naar Jacqueline, zo van: wij zullen ten minste nooit helemaal alleen zijn.

‘Ik dacht dat ik veel te laat was,’ zei Trudie. ‘Maar het feest moet nog loskomen, haha! Gelukkig zijn er wel brood en nootjes. Fantastisch! Ik houd echt van lekker eten.’

Meteen keek Jacqueline opzij,  om te zien of Philip hetzelfde hoorde. Maar die stond alweer in de keuken. Gerommel in een kastje, kletterend bestek.

Advertentie

‘Vertel jij nu eens,’ begon Trudie. ‘Hoe gaat het met jou?’ Amicaal legde ze haar hand op Jacqueline’s knie. Het was nog steeds niet duidelijk of ze haar van vroeger herkende, maar dat kon Jacqueline ook niets schelen. Ze was hier niet voor oudklasgenoten, evenmin voor nieuwe vrienden. Ze was hier maar om één reden en die reden stond momenteel in de keuken een nieuwe schaal met eten te vullen.

‘Het gaat wel.’ Meer dan drie woorden kreeg ze niet over haar lippen. Ze had de neiging om op te staan, om iets venijnigs te brullen en naar de keuken te hollen. Ze bleef zitten en nam nog een stevige teug.

‘Met mij gaat het meer dan uitstekend. Het klinkt wat gek om over jezelf te zeggen, maar ik ben de laatste tijd echt heel lekker bezig. Ik doe gewoon lekker mijn ding en pak steeds meer opdrachten.’

Minutenlang beperkte Jacqueline’s aandeel in het gesprek zich tot knikken, tot haar plotseling een vraag werd gesteld.

‘Weet je wat ik van Philip geleerd heb?’

Jacqueline schudde haar hoofd, heel langzaam want haar nek werkte tegen, elke centimeter opzij kostte moeite.

‘Dat je nooit moet opgeven. Zelfs bij de grootste tegenslagen moet je door blijven gaan. Blijven knokken. Dat vertelde hij me toen ik er helemaal doorheen zat. Toch Philip?’

Tegenslagen, tegenslagen, waar had ze het in hemelsnaam over? Tegen Jacqueline had Philip het nooit gehad over tegenslagen, geen woord. Ze pakte een handvol pistachenootjes en propte ze een voor een naar binnen - sommige vielen in de haast op de grond of op tafel, maar daar trok ze zich niets van aan. Die lagen daar prima.

Advertentie

Met een grijns op zijn gezicht voegde Philip zich bij de tafel. En voordat er nog iets was gezegd, drukte hij zijn lippen langdurig tegen die van Trudie aan. Jacqueline sloeg haar ogen neer, met trillende hand opende ze een nieuwe fles Merlot. In welke val was ze gelopen, wie had dit voor haar uitgedacht? Ze schraapte haar keel, meerdere keren achter elkaar. Pas bij de derde keer hadden Philip en Trudie het in de gaten.

‘Is er iets?’

Nu Philip weer tegen haar praatte, leek zijn stem koeler, neutraler.

‘Heb je mijn cadeau al gezien?’

‘Cadeau?’

‘Nou ja, cadeau, cadeau.’ Ze probeerde te glimlachen, maar zodra haar mondhoeken omhoog krulden, kreeg ze het idee dat ze blauwe Merlot-tanden had, en meteen stopte ze er weer mee. ‘Het gaat om de fles olijfolie die op tafel staat,' zei ze. Heb je die al gezien?’

‘Een fles olijfolie,’ echode hij.

‘Ja. Toen ik vlak na ons eindexamen bij je kwam eten, was je die vergeten, weet je nog? Je zei: dit is echt iets voor volwassenen.’

‘O ja.’

Twee woorden, dat was alles. Jacqueline werd misselijk. Ze voelde zich de hele dag al instabiel, maar nu schoot er plotseling een scherpe, diepe pijn door haar maag. Waarschijnlijk was het de wijn. Toch bleef ze verder drinken.

De bel ging, hetzelfde hoge en snerpende geluid als zonet. Philip liep de kamer uit om de deur te openen. Jacqueline kwam ook overeind, maar langzamer dan hij, en ze bleef naast de tafel staan. Een tijdje keek ze om zich heen. Wat een kleine woonkamer was het eigenlijk. Ze had zich er meer van voorgesteld. Zeker vandaag. Een groot appartement voor een grote dag, zo had het gemoeten, daar was Jacqueline vanuit gegaan. Even, heel even dacht ze aan al die dagen dat ze naar school ging en aan niets anders kon denken dan aan Philip.

Op de trap klonk gestommel, meerdere voetstappen door elkaar. Zouden er nog meer oud schoolgenoten komen? Zouden ze behoefte hebben aan goed gebakken lapjes vlees? Zou iemand het doorhebben als Jacqueline verdween?

Ze keek niet opzij toen de deur weer openging. Voor zover ze haar aandacht ergens op vestigde, was dat op de muur naast haar: Hartelijk gefel. ‘Ik ga naar de wc,’ zei ze, tegen het opschrift, tegen niemand in het bijzonder. Zonder erbij na te denken begon ze te lopen, haar voeten bewogen uit zichzelf, de rest van het lichaam werd er achteraan gesleept. Onhandig wurmde ze zich langs de gasten, minstens tien in totaal, een hele horde kwam tegelijk binnen. Ze praatten en ze lachten en sommigen herkende Jacqueline van de middelbare school, maar ze groette niemand, en niemand groette haar. Ze keek niet achterom toen ze de trap afging. De olijfolie liet ze achter.