FYI.

This story is over 5 years old.

Tech

Pijn en lijden gaan vaker viral, waarom?

Onze fascinatie met pijn en lijden maakt dit soort verhalen natuurlijke clickbait.
Afbeelding: Shutterstock

Het begint met een ziek kind, zoals veel verhalen beginnen.

Deze week waren er twee nieuwsberichten die de potentie testten van het viral gaan van lichamelijk lijden. De eerste was die van Victoria Wilcher, het drie jaar oude meisje dat een aanval van een pitbull overleefde en gevraagd werd de KFC te verlaten vanwege de ‘enge’ littekens in haar gezicht. Het verhaal leent zich perfect voor social media: haat op een grote fast foodketen, partij kiezen voor het jonge slachtoffer en daarna je verontwaardiging delen op Facebook en Twitter. En toen kwam er een tweede verhaal: na onderzoek bleek het hele verhaal een hoax te zijn.

Advertentie

Wat de bedoelingen van de ouders ook waren, ze moeten hebben geweten dat hun dochter de aandacht zou trekken online. Haar verhaal valt samen met een ander, nog meer sinister verhaal: die van Garnett Spears, een vijfjarig jongetje die afgelopen januari overleed aan een natriumvergiftiging. Zijn moeder blogde over de hele ervaring van het omgaan met een ziek kind als alleenstaande moeder, en postte verhalen online tot een week voor zijn dood. Vorige week verscheen ze in de rechtbank, ze wordt verdacht van vergiftiging. Een moord die mogelijk werd veroorzaakt door het syndroom van Munchhausen by proxy.

Mensen doen rare dingen om online de aandacht te trekken. Ze leren hun katten keyboard spelen. Ze Instagrammen hun bonnetjes van hun vip rooms. Maar de twee gevallen hierboven komen duidelijk uit een subcategorie van de online stunts: degene die direct invloed heeft op het lichaam. Ze haken in op een jonge traditie, eentje waarin we eerder kankerhoaxen zagen, fictieve herstelmemoires en door internet vergemakkelijkte hysterische zwangerschappen. Ze worden aangemoedigd door de komst van het sympathieke web, het tijdperk van crowdfunding, clickitvism en geretweette sociale rechtvaardigheid.

En omdat het internet gedijt op shock-waarde, rebloggen en reageren voordat het verhaal is gecheckt, wordt Münchausen by proxy praktisch aangemoedigd. Deze vorm van morbide zelfrepresentatie is zo wijdverspreid dat het een eigen naam heeft gekregen: Münchausen by Internet – het zoeken van online aandacht door het veinzen van een ziekte – waarvan al herhaaldelijk is gezegd dat het in de DSM zou moeten worden opgenomen.

Advertentie

Blogs die ziekten beschrijven op het meest levensbedreigende punt krijgen aandacht. We klikken op het extreme, om te flirten met de dood en horror door middel van een elektronisch medium.

Spears’ blog, dat niet heel goed gelezen werd, is hartverscheurend om te lezen. Het kopieert heel goed de gebruiken van een bloggende moeder, uitgaande van een vrolijke, stereotype toon waarvan we nu weten dat het nep is. Zo is ook haar Twitterfeed; vol uitbundige uitspraken vol uitroeptekens hoeveel ze van haar zoon houdt. Ze noemt zichzelf ‘GarnettsMommy,' ze definieert zichzelf met zijn ziekte. Ze is nu beschuldigd van het verzinnen van een vader voor Garnett die overleed in een auto ongeluk, en het ‘lenen’ van de zoon van een vriend om te poseren als Garnetts broer. Als we de rapporten mogen geloven nam ze foto’s van Garnett op zijn sterfbed om te delen op Facebook in de dagen voordat hij stierf. En een groot deel van het debat rond haar schuld is gericht op haar bijnaam als een ‘social media mama’, geobsedeerd met het benutten van haar zoon voor aandacht.

De zaak spoort ons aan om na te denken over hoeveel er om sympathie wordt gevraagd online, en hoe fysieke pijn een soort internet-valuta is geworden. Hoe vaak worden we wel niet gevraagd te bidden voor mensen, of plaatsen, of dingen op social media? Hoeveel keer per dag zie je verhalen op je Facebook van mensen of dieren die fysieke problemen overwinnen?

Advertentie

Twee jaar geleden volgde ik de Tumblr van een anorexiapatiënt, wiens ziekenhuisfoto’s over haar overleven heel veel werd gerepost op blogs. De maanden die volgden gingen over haar herstel, haar strijd met weer leren eten en zich veilig voelen in haar lichaam. Totdat ze na ongeveer een jaar weer gelukkig leek en overschakelde naar het posten van motiverende quotes, en het Instagrammen van haar koffie ’s ochtends. Zonder drama en lijden was het saai, dus stopte ik haar te volgen.

Ik voel me niet schuldig over dat ik haar niet meer volg, net als dat ik me niet schuldig voel over dat ik haar blogs in de eerste plaats las. Ogenschijnlijk was het een ‘herstel’-blog, eentje in een gemeenschap die nog steeds leeft op Tumblr na het harde optreden tegen de pro-ana content, de waarheid is dat alleen blogs die ziekte laten zien op het meest levensbedreigende punt aandacht krijgen. We klikken op het extreme, om te flirten met de dood en verachtelijke horror door middel van een elektronisch medium. We volgen hen om het lijden te zien: alles wat daarna komt is niet belangrijk.

Onze fascinatie met pijn en lijden maken deze verhalen clickbait, een nieuw soort online ‘wond cultuur’

Het internet probeert altijd om zichzelf fysiek tastbaar te maken, en dat omvat alles van de fitnessinstructeurs die je verzekeren dat zij de pijn ook voelen, tot de ziekenhuisselfie tot Arduino seksspeeltjes en teledildonics. Op dezelfde manier dat make-upbloggers op YouTube swatches maken om de producten ‘echter’ te laten zijn, zo moet lichamelijk lijden worden geschreven op het vlees. YouTube-memes zoals de cinnamon challenge en de NekNomination laten zien dat er hele echte mogelijkheden zijn dat ze vreselijk fout kunnen gaan, en dat ook doen. Lichamen, gemaakt door het internet, zoals de Human Barbie of het steroïde misbruik slachtoffer Zyzz zijn lopende memes die te extreem zijn om te overleven in het echte leven. Altijd op de rand van instorten en alleen in stand gehouden door retweets.

Advertentie

Lijden maakt de bewoners van het internet echter, menselijker. Leden van gezondheidsfora voegen hun diagnose en dosering toe aan hun beschrijving: ziekte wordt een persoonlijke hashtag. Gezien de kosten van de gezondheidszorg in Amerika, en het stigma die kan komen met je diagnose, is het geen wonder dat ziekte functioneert als een nieuw soort sociaal tribalisme. Post-ziekte verhalen als The Big C, The Fault in Our Stars of zelfs Breaking Bad koppelen ziekte onlosmakelijk aan heldendom.

Het thema verbindt ook met onze hypochondrie. Er is al veel geschreven over de hypnotische, levensverwoestende aantrekkingskracht van Web MD, een zwart gat van cyberchondria die de lezer altijd wil laten geloven dat ze drie soorten kanker hebben en ook nog reuma. Ik viel er zelf voor bijna een jaar voor toen ik antidepressiva nam. Ik besteedde meer tijd aan het lezen over de bijwerkingen van mijn SSRI’s dan dat ik me focuste op beter worden.

Ziekteverhalen zijn de overdagversie van SM-porno, een tijdelijke ‘echte’ steek van pijn die je voelt na de onechte daad van erop klikken. Onze fascinatie met pijn en lijden maken deze verhalen clickbait, een nieuw soort online ‘wound culture’. We zien de hyperbool van het internet geschreven op een lichaam, in de vorm van zelfbeschadigende Bieber fans en popsterren die hun hoofd scheren als boetedoening, het maakt het internet een plek van lijden. Met bijzondere aandacht voor jonge vrouwelijke slachtoffers komt deze eeuwenoude fascinatie overal in terug; van Franse prostituees met tuberculose tot gedoemde kinderen, ellendige verhalen en blockbusters met kanker als thema. Ze bevestigen de uitspraak van Edgar Ellen Poe dat “de dood van een mooie vrouw, zonder twijfel, het meest poëtische onderwerp in de wereld is.”

Het internet kan niet weten wat er onder jouw huid gaande is, net zoals dat social media zelden iemands hele levensverhaal vertellen. Of ze het nu wel of niet zo bedoelen, door ze online te zetten maakten de ouders van Victorie Wilcher en Garnett Spears de lichamen van hun kinderen publiek eigendom. Spears’ moeder blog is bijzonder sinister, het schrijft het kind in een van tevoren bedacht verhaal van een terminale ziekte, en het wordt ‘authentieker’ hoe dichter het onderwerp bij de dood komt.

In de fascinatie die het internet heeft met ziekte, word het onderwerp steeds meer gevierd wanneer het lijden dichter bij het einde komt. Herstel markeert een bevredigend einde aan het verhaal van de ziekte, maar de dood is een ultieme verstoring, wat ruimte biedt tot een herdachte roem die het online medium verwart met spiritualiteit.

We gebruiken sociale media om onszelf opnieuw uit te vinden, maar de terminaal zieke leugens brengen die vermogens naar gevaarlijk terrein. Het maakt het internet intern, en verandert het in een behoefte aan overdreven en snelle veranderingen naar fysieke en persoonlijke schade. Ziekte is het originele virale onderwerp, omdat lijden altijd nieuws is.