FYI.

This story is over 5 years old.

Muziek

SP, Edson Sabajo en Mr. Wix over de begindagen van hiphop in Amsterdam en 15 jaar Appelsap

Een voorpublicatie uit het Appelsap koffietafelboek ‘SO FRESH IT HURTS’.

Appelsap bestaat vijftien jaar. Afgelopen zomer vierden ze dit al met een onvergetelijke editie in het Amsterdamse Flevopark. Morgen lanceert de organisatie ter ere van het jubileum het koffietafelboek SO FRESH IT HURTS, een viering van vijftien jaar Amsterdamse straat- en hiphopcultuur met biijdragen van Faberyayo, kunstenaar Parra, Gary Warnett, Karin Amatmoekrim en Karen Rosetzsky. Aan Noisey de eer om alvast een artikel uit het 256 pagina’s tellende boek met de wereld te mogen delen.

Advertentie

Het viel niet mee om deze drie heren bij elkaar te brengen. Stefano Pugliese, Edson Sabajo en Malvin Wix zijn namelijk druk. Stefano is dj, met residencies verspreid over Nederland, Duitsland en Spanje. Edson zorgt er als mede-oprichter en -eigenaar voor dat Patta elke dag verder richting wereldheerschappij groeit. Malvin Wix werkt in de branding als marketeer, maar kan de aantrekkingskracht van de decks als voormalig dj af en toe toch niet weerstaan.

Daarnaast zijn ze alle drie ook nog fulltime vader. Maar ze hebben nog iets gemeen: ze zijn vanaf de allereerste editie onlosmakelijk verbonden met Appelsap. Het duurde dan ook niet lang voordat de herinneringen aan vijftien jaar Appelsap, de dagen van de duistere underground en het geflirt met de mainstream aan de Amsterdamse Waterkant over tafel vlogen. Een gesprek tussen drie mannen die de hiphopcultuur van de lage landen, en die van Amsterdam in het bijzonder, van het buurthuis naar festivalweide hebben zien groeien.

DE EERSTE STAPPEN

Edson: Als je van de lagere school naar de middelbare school gaat, heb je twee opties: of je gaat je best doen en goed studeren, of je doet heel tof op school. Ik deed dat laatste, die domme shit, weet je. Dat was rond 1984, 1985. Het allerstoerste op dat moment was hiphop, zonder twijfel. Je had Whodini, The Fat Boys, LL, die dingen. Een vriend van me in die tijd had een boombox, dat was heel erg bijzonder. Voor mij was dat een magisch ding. Er was bijna niks, je had Attalos, Rhythm Import en Boudisque, daar kon je als je geluk had wat hiphopplaten vinden. In het begin was het ontdekken. Iedereen sloeg aan het ontdekken. Hiphop was ver van de mainstream. Pop and lock, iedereen rapte, mensen beatboxten, deden graffiti, het was het hele pakket. Het was verre van mainstream, echt diep diep underground. Ik heb het over buurt- huis-underground.

Wix: Ik vond het zelfs een beetje eng. Ik kan me nog goed herinneren: ik was een puber, en ik liep in mijn eentje over het Surinameplein. Er liep een jongen met een blockhead en een boombox. Hij luisterde keihard BDP en je wist gewoon dat hij schijt had. Niet met hem sollen, want dan had je een paar tikken hangen. Het was nieuw en spannend: dus vet. Maar ook intimiderend om bijvoorbeeld voor het eerst naar B-Boy Extravaganza te gaan, of naar de Duivel. Ik weet nog dat ik daar een keer op iemands gloednieuwe Jordans ging staan. Het was een stoere, grote gast, en de manier waarop hij me aankeek kon zo door voor een doodsbedreiging. Toch werd je erin gezogen.

Advertentie

SP: Het trok je aan als een soort verboden vrucht. Eind jaren tachtig was er iedere vrijdag een avond in een buurthuis in Purmerend. Op een avond was er geen dj en werd ik aangewezen. Vanaf toen ging ik iedere vrijdag met een boodschappentas vol platen naar die tent. Dat deed ik tot begin jaren negentig. Op een gegeven moment ging dat dicht, er waren te vaak vechtpartijen. Ik was meer en meer in Amsterdam, rond 1994 leerde ik Malvin kennen.

CODES

Wix: SP en ik werkten bij hetzelfde overkoepelende schoenenbedrijf. Er was geen internet, er waren weinig magazines, dus je communiceerde in codes. Als iemand iets droeg wat jij snapte, dan was er meteen een con- nectie. Stefano droeg sneakers en was een van de eersten met een North Face-jas, dus ik dacht: die moet ik ook hebben. Dat waren die codes. In skateshop Vibes stond Edson elk weekend bijna religieus te draaien.
Edson: Ik ging daar draaien, want het was er gezellig. Thuis had ik alleen een platenspeler met een belt, en een cassettedeck. Dan mixte ik van de belt naar het cassettedeck.

SP: Als je ging scratchen op een belt, en je liet die los, dan had ‘ie even nodig om op gang te komen, door de spanning op die riem. Op die manier krijg je er wel feeling voor.

Edson: We kenden elkaar wel een beetje omdat we voetbalden. Er was ook altijd een soort beef tussen de stadsdelen, maar het klonterde alle- maal samen in de Duivel. Er was niets anders als je van hiphop hield. Denk je dat we de club in gingen? Nee! Daar mocht je niet met sneakers in. Hele andere tijden.

Advertentie

Wix: Ed had al een reputatie als cool guy en talentvolle voetballer uit Amsterdam. Hij zei een keer: kom gewoon mee draaien in de Duivel. Dat was mijn eerste DJ-gig. Een aantal maanden later overviel Kees (KC the Funkaholic, red) me door te vragen om in de Roxy te draaien tijdens Bassline. Ik had bijna geen platen dus leende ik die van Kees en ik stal zelfs een mix van DJ Frank, omdat ik ik moest vlammen op het enige hiphop en r&b-feest in de stad. Sorry Frank.

SP: De zomer daarna vroeg KC, die van Wix had gehoord dat ik draaide, me om een half uurtje te draaien zodat hij kon chillen. Kees nodigde me meteen uit om de volgende editie op het strand te draaien. Mijn eerste ‘echte’ gig. Ik had die dag alleen maar bangers bij me, ik wist niet beter. Kees ging door mijn platentas en zei “ik warm wel op, jullie gaan prime-time!”

beeld: Yamandú Roos

COUNTER CULTURE

SP: Eerst had je de Café de Duivel. Bij de Duivel ging je uit, en bij Fat Beats ging je hangen. De enige plek waar echt hiphop werd gedraaid en independent hiphop werd verkocht.

Edson: De Duivel, het was in 1992. Elke zaterdag was het gezellig. Toen zei DJ Clyde dat ik daar moest komen draaien. Ik weet nog de eerste avond dat ik daar kwam. Ik had geen headphones, niks. Ik was de Vibes gewend, daar lag een headphone. Ik was er kind aan huis, en liet mijn platen gewoon daar liggen. Mixer deed het niet, alles was kapot. Toen werd er een koptelefoon gehaald voor me. Vijftig gulden kreeg ik, van twaalf tot vier.

Advertentie

Wix: Alles was house in die tijd. Dat nam een vlucht. Wat wij deden was counter culture. We deden niet mee met de mainstream. Dan moest je wel mensen ontmoeten en naar plekken als de Duivel. Je kon ook naar de Roxy. Daar organiseerde KC als enige hiphop. Hij werd op de zondag geprogrammeerd, de slechtste dag van de week. Het zogenaamde urban publiek spendeerde weinig geld, en iedereen blowde, dus geen enkele clubeigenaar zat echt te springen om dat soort avonden. Ten eerste werd je dus niet binnengelaten, en als ze tóch een keer hiphop wilden programmeren, kreeg je de slechtste dag.

Edson: Het was gewoon doorzetten. Ook al zat het een beetje tegen, je ging wel los. Je hoorde dan voor het eerst je platen op grote speakers. Met chicks erbij! Daarvoor was het in het buurthuis. Wat kwam daar? Geen chicks!

Wix: We vergeten het bijna, maar voor de allerbelangrijkste plek hoefde je niet eens naar buiten. Dat was op de radio. VPRO, Dutchmasters. Kees de Koning, KnowHow en 2Tall. Op een gegeven moment was het zelfs zo ver dat je de radioshow bij kon wonen met een paar honderd man, onder de Kroon op het Rembrandtplein. Je kon ze live zien scrat- chen, sensatie!

Edson: Er was zelfs een chickie bij, een danseres. Bij een radioshow! Alles was nog nieuw en fresh, dus iedereen ging ook die extra mile voor elkaar.

COCKINESS

Wix: Je kon niet zomaar een voet tussen de deur krijgen in die scene. You gotta pay your dues. Maar op een gegeven moment kwamen wij, en we kwamen snel. Zo stonden we al vrij snel in de Melkweg. Mensen haatten echt op ons, want voor hen kwamen we net iets te snel. Maar we hadden de juiste resources, we werkten bij Fat Beats, we hadden contact met merken, we kregen een radio show op Kink FM.

Edson: Wij waren cocky, wij waren de beste. We waren fockop. Ik zal je één verhaal vertellen. Ik kwam een keer de Melkweg binnen. Er draaide een dj waarvan ik de naam niet ga vertellen. Ik was dronken. Dus ik hoor zijn pokoes en dacht: “Fok dit.” Ik ga naar boven die booth in, ik ga in zijn platen zitten, ik duw die kerel aan de kant en ik begin te draaien. Ze konden niks doen. Zo cocky waren we toen.

Advertentie

Wix: Je moest echt iets kunnen, en om daar te komen moest je veel werk verzetten. Maar iedereen werd er beter van. Wij legden met z’n allen die standaard hoger. Op het gebied van parties organiseren was alleen Kees actief.

Edson: Die attitude past wel heel goed binnen de hiphop, dat komt voort uit een cultuur waarin je ook niets voor niks krijgt. Dat is wel eigen aan hiphopcultuur: je klampt je ergens aan vast omdat dat het enige is wat je hebt. Als je het dan doet dan zorg je ook dat je meteen de allerbeste bent.

​beeld: Yamandú Roos

APPELSAP

Wix: Ik weet nog dat ik door Centraal liep, en opeens werd ik gebeld door Rogier. “Hee, ik hoorde dat je ook sponsors hebt en zo? Je hebt net Chocolate opgezet. Wij zijn bezig met Appelsap. Zou je me kunnen ophooken met je sponsors?” Zo werkte dat voorheen niet in Amsterdam. Naar iemand toestappen die al iets had neergezet, dat deed je eigenlijk niet, je moest het zelf doen. Rogier had gewoon schijt. Hij belde me gewoon op! Het was míjn shit, mijn resource, die sponsor. Ik was zo omvergeblazen dat ik dacht: “Fuck it. Hier, neem ze.” Het was ook wel weer ontwapenend.

SP: Ze hadden de ballen om ons te benaderen. Ze kwamen op een dag in Fat Beats, en ik kende ze wel een beetje omdat we op dezelfde feestjes kwamen. Ze vroegen of ik wilde draaien op Appelsap, maar ze hadden geen money, niks. Ik weet niet waarom, maar ik was down. Verder was er buiten niet veel. Alleen soms iets in het Vondelpark, of met Koninginnedag bij de Duivel in de steeg.

Advertentie

Wix: Zoals Edson al zei: wij waren cocky. Arrogant misschien wel. Zij kwamen opeens vanaf het begin vriendelijk. Ze wilden het samen doen. Dat was fris. Let’s go, dachten we.

Edson: Ze brachten ook de werkethiek naar een nieuw level. Wij gingen nog vaak dingen op een kladblokje uittekenen. Zij zetten er een heel team op.

GROEI

SP: Bij die eerste editie was er natuurlijk nog maar één podium, in het Oosterpark, die kiosk. Geen entree, eigen bier meenemen. Een mannetje of vijfhonderd op die wei.

Edson: Maar het werd gauw groter en groter. Ze moesten wel doorpakken, want iedereen werd toen werd wakker. MOJO werd wakker, Paradiso werd wakker. Iedereen werd ondernemer.

Wix: Ze gingen feesten in Hotel Arena en daarna de Melkweg doen en deden ook Sugar Factory erbij. Je merkte dat de ondernemersspirit bij hen grotere vormen begon aan te nemen. Merk A, platform B, hoe breng ik dat bij elkaar? Hoe maak ik er een business van? Daar dachten ze goed over na.

Edson: Toch zie ik niet heel veel verschillen met toen en nu. Het is een nieuw publiek, en iets groter allemaal, maar dat is het enige.

Wix: Toch denk ik dat ze nu nóg dichter bij die essentie zijn dan toen ze net begonnen. Die jonge spirit van toen ze begonnen, dat komt nu meer en meer terug. Toen ze begonnen was de sky the limit. Misschien streefden ze wel keihard naar een tent op Lowlands. Nu zijn ze op hun plek, ze weten wie ze zijn.

Edson: Die stress van nu nemen ze er gewoon lekker bij. Ze weten nu gewoon: één keer in het jaar is Appelsap uitverkocht. De enige vraag is: hoe? Voor de rest ben je klaar. En daarvoor werk je.

Advertentie

Wix: Laten we even een parallel trekken met het dj’en: je begint en je hebt er fucking veel zin in. Op een bepaald moment wordt het business. Uiteindelijk kom je terug bij de essentie. Waarom ben ik er ooit mee begonnen? Liefde voor muziek. Mensen weten dat je goed bent, je hoeft je niet keer op keer te bewijzen.

Edson: Ik vind het het allermooiste festival dat er is. Daarom helpen we nog met alle plezier waar we kunnen. We hebben het van kleins af aan zien groeien. En nu komt heel Nederland. Duitsers, Engelsen, Belgen. Het gaat nog groter worden, als het zo door blijft gaan.

SP: Ik zie Appelsap naar het buitenland gaan. Het verdient een internationaal podium. En een strand.

​beeld: Yamandú Roos

VAN COUNTERCULTURE NAAR CULTURE

Wix: De dag van het festival zelf ziet iedereen er spik en span uit. Je pikt ze er in de stad al vroeg uit. Dat kenmerkt ook Appelsap: young and fresh ‘til death. De cultuur, de fashion eromheen. Al heb je maar 20 euro, je stretcht die twintig euro tot je niet meer kan en zorgt dat je er op je aller- verst uitziet. Dan neem je maar een drankje minder. Het is een show. Edson: Het is die hele dag een grote catwalk. Voor de dames ook. Het is bijna on-Nederlands, maar voor ons normaal. Ik geef je gewoon de wind van voren als je er nep uitziet. Het is faya. Nog steeds heb je het in je om te denken: je kan veel beter.

Wix: Het is tough love. Je werd vaak door je neef of je broer effe op je plek gezet. That builds character. Het is die fighting spirit. I love it! Ik kan uren op een bankje zitten en naar die kids kijken.

Edson: Ik had niet gedacht dat het zo zou groeien. Daar hield je ook geen rekening mee. Ik had eerder gedacht dat wij drie een van de weinigen zouden zijn die die attitude nu nog zouden hebben, haha!

TOEKOMST

SP: Het programmeren blijft lastig. Want ze zijn groot, maar ook weer niet de grootste. Bepaalde acts moet je niet boeken want die zijn te duur. Sommige rappers die nu gaande zijn, vragen meteen de hoofdprijs. En met die betaalbare kleinere acts trek je misschien weer niet genoeg publiek. Mensen komen wel meer en meer voor die acts. Er ontstaat dan een soort concertvibe, waardoor het publiek de dj misschien meer ziet als een opvulling, in tegenstelling tot hoe het was. Het was een soort uit de hand gelopen blockparty, waar het meer om de dj's draaide.

Edson: Het risico is misschien wel te groot geworden om alleen op dj’s in te zetten. Je moet die grote acts programmeren. Maar ik denk dat ook dat in een cyclus zal gaan en dat het later wel weer belangrijk gaat worden.
Wix: Appelsap heeft geholpen om de weg vrij te maken voor allerlei nieuwe initiatieven. Je had vroeger je maandelijkse clubavonden. Nu is er elke week genoeg te doen. Er komen ook nieuwe dingen bij. Die groei is super. Kids kunnen elk weekend naar een clubavond voor 1400 man, er zijn meerdere hiphopfestivals in de zomer. Maar dat bijt elkaar niet. Waar een ander festival bepaalde acts niet zou boeken, doet Appelsap dat wel. Daarom houden we ervan.
Edson: En ze geloven in wat ze doen. Daarom werkt het altijd.

SO FRESH IT HURTS is vanaf 16 december via shop.appelsap.net, Patta, 290sqm en in de betere boekhandels verkrijgbaar. De hardcover editie is verkrijgbaar voor €37,50, de softcover editie kost €25,00.