Talloze onafhankelijke muzikanten, die normaal gesproken al op een houtje moeten bijten, hadden na de uitbraak van het coronavirus al helemaal niks meer over. Ze moesten hun tours, normaal gesproken een belangrijke inkomstenbron, afzeggen. “Het is niet alleen in financieel opzicht, maar ook emotioneel gezien rampzalig,” schreef de Amerikaanse band Mannequin Pussy op Instagram. “Optreden en muziek maken is ons leven, en het is moeilijk om te verwerken dat ons levensonderhoud zo onder druk staat.”
Bandcamp, een platform dat onafhankelijke artiesten promoot, liet half maart op zijn website weten af te zien van zijn winstaandeel (dat normaal gesproken op 10 tot 15 procent ligt), om de muzikanten te steunen. Diezelfde week gaven fans op Bandcamp ook 4,3 miljoen dollar (3,8 miljoen euro) uit aan albums en merch – die normaal gesproken verkocht zouden worden tijdens tours. De oprichter van Bandcamp, Ethan Diamond, had van tevoren in een aankondiging gezegd: “Voor veel artiesten kan één dag waarop veel verkocht wordt betekenen dat je de huur net wel kunt betalen.”
Videos by VICE
Soms moet een systeem volledig in elkaar storten voordat je doorhebt hoe slecht het eigenlijk functioneert, en dat is precies wat er gebeurd is door het coronavirus. Onafhankelijke muzikanten hebben het nooit breed gehad, maar sinds het streaming-tijdperk, waarin andere inkomstenbronnen verdwenen, is het bijzonder moeilijk geworden. Er is zeker eerder alarm geslagen, maar sinds COVID-19 is er één vraag urgenter dan ooit: wie zijn ervoor verantwoordelijk dat zoveel bands amper het hoofd boven water kunnen houden?
Eerder dit jaar publiceerde The Creative Independent, een site van Kickstarter, de resultaten van een vragenlijst uit 2019 over de staat van de muziekindustrie, die werd beantwoord door 298 muzikanten en andere professionals. Er kwamen verschillende geluiden naar boven over de houdbaarheid van de huidige muziekindustrie – de een hoopvol, de ander juist niet. Maar toen het ging over de vraag waar de verandering vandaan zou moeten komen, gaf 37 procent van de muzikanten en 61 procent van de professionals aan dat streamingplatforms hun voornaamste frustratie waren. “Veel respondenten gaven aan dat het zou kunnen helpen als er collectief druk wordt uitgeoefend op diensten als Spotify om artiesten eerlijk te betalen, en meer samen te werken bij de distributie,” staat in het rapport.
René Kladzyk, muzikant, schrijver en oprichter van de Future Music Industry List, was een van de co-auteurs van het rapport. “Het was een sterk signaal,” zegt hij. “Ik was vooral geraakt door de open antwoorden, omdat zoveel mensen precies hetzelfde zeiden. Het woord ‘oneerlijk’ viel telkens weer – dat de betaalstructuur van de diensten niet eerlijk was, en hun werk niet op waarde wordt geschat. Daar waren veel mensen het wel over eens.”
Er bestaan talloze streamingdiensten. Apple Music, YouTube Music, Amazon Music, Google Music en TIDAL zijn bijvoorbeeld grote namen, maar wereldwijd is geen enkel platform zo groot als Spotify. De Zweedse gigant zegt 271 miljoen gebruikers te hebben, waarvan 124 miljoen betalende abonnees, verspreid over 79 landen. Het is wereldwijd marktleider, en in Nederland al helemaal. Ik vroeg het ook rond binnen mijn eigen netwerk: van mijn 130 Instagram-contacten gebruikte 82 procent Spotify als voornaamste muziekbron; op Facebook was dat 65 procent van 55 vrienden.
Afgelopen jaar schreef de Recording Industry Association of America (RIAA) in een eindejaarsrapport dat de inkomsten uit streamingdiensten waren gestegen naar 8,8 miljard dollar (7,8 miljard euro), wat overeenkomt met 79,5 procent van alle bijgehouden inkomsten uit muziek. Spotify zegt trots dat het de “grootste inkomstenbron in de muziekindustrie” is. Wat ze er niet bij zeggen, is dat de beroemdste (en dus best betaalde) artiesten onevenredig veel bevoordeeld worden binnen hun systeem. Dat komt doordat het platform een pro-rata-model hanteert: het geld dat Spotify verdient aan betaalde abonnementen wordt op één hoop gegooid en vervolgens verdeeld op basis van de nummers waarnaar die maand het meest geluisterd is. Daardoor zullen artiesten met veel streams altijd het meeste verdienen.
“Als Taylor Swift of Justin Bieber en hun labels met Spotify discussiëren over de streamtarieven, dan heeft de berekening die daarbij komt kijken geen invloed op mijn luisteraars,” zegt Mat Dryhurst, muzikant en docent aan het Clive Davis Institute of Recorded Music van de New York-universiteit, die samen met de onafhankelijke artiest Holly Herndon optreedt.
Er zijn meer problemen met het algoritme. In 2018 voerde journalist Liz Pelly een experiment uit, waarmee ze de genderverhoudingen wilde onderzoeken in de populairste afspeellijsten. Ze maakte een nieuw account aan, zodat ze het experiment blanco aan kon gaan. Vervolgens luisterde ze wekelijks naar alle populaire afspeellijsten die Spotify aanbeveelt en cureert, zoals Today’s Top Hits en RapCaviar, en kwam ze erachter dat in haar suggesties de mannelijke artiesten zwaar oververtegenwoordigd waren. Dat gold ook voor haar Discover Weekly-playlist. Er is al veel geschreven over de seksistische, racistische vooringenomen neigingen van algoritmen, maar Spotify versterkt dat des te meer.
Afgelopen jaar viel mij iets soortgelijks op, toen ik zat rond te snuffelen bij de Related Artists. Als je naar een band met cis-mannelijke bandleden luistert, zijn de gerelateerde artiesten dat vrijwel altijd ook allemaal, maar als je naar vrouwelijke muzikanten luistert, zie je zowel vrouwen als mannen. En dat werkt ook door in de aanbevelingen die je van Spotify krijgt, waardoor vrouwelijke artiesten nog minder zichtbaar worden dan ze al zijn, in een muziekwereld die toch al erg gericht is op mannen. (Spotify ging niet in op ons verzoek om commentaar, maar verwees ons naar een verklaring over gendergelijkheid die het eerder al aan Billboard had gegeven, en een onderzoek naar de nadelen van gebruikersgerichte streaming ten opzichte van het pro-rata-model. Dat onderzoek is uitgevoerd door de voormalige hoofdeconoom van Spotify, en is gepubliceerd toen hij er nog werkte.)
Je kunt best ondervertegenwoordigde artiesten op Spotify zoeken, maar Spotify helpt je daar niet bij. Integendeel: het bedrijf probeert je liever passief te laten luisteren. “Een manier waarop Spotify met radio kan concurreren, is om een betere lean-back-ervaring te creëren,” zegt Cherie Hu, schrijver en brein achter Water & Music, een nieuwsbrief over de innovaties van de muziekindustrie. “Spotify biedt zijn diensten aan door te zeggen dat het ‘de perfecte muziek voor ieder moment’ levert. Ik denk niet dat ze tegen artiesten dingen zeggen als: ‘Hey, dit is de perfecte dienst om jullie muziek bij het juiste publiek te krijgen.’” En zo krijg je dat artiesten die hun leven in teken van de muziek stellen anoniem op “playlists als Feelin’ Good, Surf Rock Sunshine en Late Night Vibes” komen te staan.
Hu schreef al eerder over deze dissonantie, waarbij luisteraars loyaler lijken te zijn aan de streamingdienst dan aan de artiesten die ze daarop streamen. “Als je continu nieuwe suggesties krijgt, kun je maar met een beperkt aantal artiesten een band opbouwen,” legde ze uit. “Het gaat Spotify er niet om dat je dat soort banden opbouwt. Het gaat ze erom dat je blijft streamen.”
Het is onze verantwoordelijkheid als luisteraars om alternatieven voor Spotify te zoeken, en onafhankelijke artiesten te steunen die geen groot label achter zich hebben of in de afspeellijsten van streamingdiensten terechtkomen.
Door dit alles begon ik Spotify (en streamingdiensten an sich) een stuk minder te zien als dé manier om muziek te luisteren. Als ik op een ethisch verantwoorde manier muziek wil consumeren, en iemand wil zijn die het werk steunt van mijn lievelingsartiesten, maar ook iemand die ondervertegenwoordigde artiesten opzoekt die het algoritme me nooit zou leveren – moest ik het ergens anders zoeken. Zoals een ethisch verantwoorde eter die eerlijk verhandelde groenten koopt, zette ik me af tegen mijn eigen gemakzucht. Ik had aangenomen wat me was aangereikt, zonder er kritisch over na te hebben gedacht.
Toen ik online mensen rondvroeg of ze Spotify gebruikten, merkte ik dat er bij één iemand een soortgelijk gevoel speelde. “Ik ben een veel passievere muziekluisteraar geworden sinds ik Spotify gebruik,” zij diegene. “Omdat zij de afspeellijsten voor me vullen, luister ik gewoon muziek op basis van mijn bui, zonder dat ik de artiesten per se ken. Eerst zocht ik altijd actief nieuwe muziek op via blogs, maar vanwege Spotify stopte ik met die gewoonte. Daarom ben ik laatst weer platen gaan draaien, om weer wat actiever te worden: ik doorzoek al mijn platen, kies een artiest uit en luister het hele album. Dat heeft me erg geholpen om muziek weer zo te waarderen zoals voor het streamen.”
In het streamingtijdperk gaan de openbare discussies bijna altijd tussen de diensten en de artiesten, maar we lijken de rol van de luisteraar wat te vergeten. Is het onvermijdelijk dat we altijd de makkelijkste en goedkoopste optie kiezen? “In het kapitalisme is geld de sterkste manier om je stem te laten horen,” zegt Kladzyk, de co-auteur van het rapport. “Hoeveel je wel – of juist niet – uitgeeft aan muziek, heeft reële gevolgen voor veel mensen.”
“Welke prijs heeft kunst en hoeveel waarde kennen we eraan toe?” vroeg Bandcamps editorial director, Joseph Edward Keyes, in februari aan de telefoon. De vraag bleef bij me hangen, zeker toen steeds meer artiesten de basis onder hun voeten weg zagen vallen. Meer dan een week nadat Bandcamp hun donatie aankondigde, besefte Spotify blijkbaar dat zij ook iets moesten doen, en kondigde het bedrijf aan dat het tot 10 miljoen dollar (8,9 miljoen euro) zou doneren aan MusiCares, PRS Foundation en Help Musicians.
Verderop in de aankondiging werd het interessanter: “We zijn ook bezig aan een functie waarmee artiesten direct geld kunnen inzamelen van fans in deze uitdagende tijd,” aldus het persbericht. “Hiermee kunnen artiesten op Spotify een link naar een geverifieerde inzamelingspagina zetten, voor andere artiesten of voor een los initiatief naar keuze.” Dus in plaats van iets te veranderen aan het ongelijke systeem, laat Spotify artiesten lekker zelf het werk doen, op het platform dat het ze juist zo moeilijk maakt – en zo’n 50.000 artiesten hebben het nog gedaan ook.
Het bedrag dat op Bandcamp werd opgehaald zien we zeker niet elke dag, dat was eerder een uitzondering. (Wel kondigde Bandcamp aan dat ze ook op drie andere dagen af zouden zien van hun winstaandeel.) Waarom is er geen betere manier om muzikanten te steunen?
“Dat Spotify ook gratis te gebruiken is, is een grote uitkomst voor mensen die het zich niet kunnen veroorloven en gewoon een all-you-can-eat-pakket willen,” zegt Hu. “Er ontbreekt iets voor de trouwere muziekliefhebbers, die hun waardering willen uiten. Dat kun je onmogelijk doen binnen Spotify.”
Eind vorig jaar tweette muzikant Ioanna Gika hoe dat er mogelijk uit zou kunnen zien. “Ik stel me een app voor waarmee je kunt zien welke streamingdiensten artiesten zélf willen dat mensen gebruiken,” schreef ze. “Als je @ZOLAJESUS wilt horen, dan typ je haar naam in de app, en kom je bij de sites van haar keuze. Als alle artiesten in de app te vinden zijn, zullen streamingdiensten gedwongen zijn om artiesten voor zich te winnen, omdat ze zich realiseren dat artiesten ALLEEN naar sites verwijzen die ze niet naaien.”
Maar zolang zo’n app nog niet bestaat, is het onze verantwoordelijkheid als luisteraars om alternatieven voor Spotify te zoeken, en onafhankelijke artiesten te steunen die geen groot label achter zich hebben of in de afspeellijsten van streamingdiensten terechtkomen. Kladzyk en Dryhurst zeggen dat er nog steeds geen sluitende oplossing is, en dat die er misschien ook wel niet moet zijn. “Spotify presenteert zichzelf als de gigant waar elke muzikant van kan profiteren, op ieder niveau. Maar dat is simpelweg onmogelijk,” zegt Kladzyk. “Voor de muziekindustrie zou het beter zijn als er meerdere opties bestaan, in plaats van één ultieme dienst met een monopolie.”
Bandcamp doet zijn best om van de muziekindustrie een betere plek te maken, maar het is zeker niet de enige dienst die het tegen grotere platforms als Spotify en Apple Music opneemt. De meeste pogingen gaan uit van een coöperatief model, waarbij het eigendom eerder ligt bij de muzikanten en de luisteraars. Resonate, een site die in 2015 online kwam, hanteert bijvoorbeeld een model waarbij luisteraars per stream betalen, totdat ze een nummer voor de negende keer afspelen – dan is het hun eigendom geworden.
Op de site Ampled, die sinds juni in de lucht is, kunnen luisteraars minstens 3 dollar per maand doneren aan artiesten naar keuze, en krijgen ze in ruil daarvoor toegang tot niet uitgebracht materiaal, demo’s en merch. “Veel luisteraars willen artiesten echt direct steunen en geld geven. Ze voelen zich schuldig dat ze Spotify gebruiken,” zegt Austin Robey, een van de medeoprichters. Het heeft wat weg van het bestaande platform Patreon, maar volgens Robey vinden veel muzikanten dat geen fijn initiatief omdat het “ofwel niet voor muziek bedoeld lijkt, maar voor YouTubers of podcasts, of gewoon aanvoelt als te zakelijk, te suf of een teken dat je gefaald hebt”. Ampled wil daarentegen een “direct beschermingsplatform” zijn dat ervoor zorgt dat als je een band leuk vindt, je ze min of meer betaalt om binnenboord te blijven.
De enige manier waarop dit soort nieuwe systemen kunnen werken is als we ze ook echt gebruiken. De drang om onafhankelijke muzikanten te steunen is duidelijk aanwezig, we moeten er alleen meer uiting aan (kunnen) geven. Wat ikzelf nu doe is Spotify gebruiken voor bijvoorbeeld Ariana Grande, en Bandcamp voor de rest. Als ik op Bandcamp een aanbeveling krijg om een album te kopen dat ik heb geluisterd (wat meestal gebeurt na een paar volledige streams), dan doe ik dat ook, als ik het geld heb. En ook als je geen muziek koopt kan het helpen om alternatieve diensten als Bandcamp, Resonate of Ampled te gebruiken, of gebruik te maken van dingen die ingaan tegen de homogeniteit van de muziekindustrie: de Future Music Industry List bijvoorbeeld, het werk van Liz Pelly, Water & Music of de nieuwsbrief Penny Fractions. Als het luistergedrag van één iemand verandert, levert dat misschien weinig op, maar als we collectief meer betalen voor muziek, gebruikmaken van alternatieve diensten en doneren via sites als Ampled, dan scheelt dat een hoop.
Kladzyk hoopt het tenminste. “Als het je wat kan schelen, heb je de morele verantwoordelijkheid om muzikanten te helpen,” zegt ze. “Als je waarde hecht aan muziek, denk dan na of je alle creatieve arbeid die erin is gestoken ook op waarde schat. Dat vind ik een krachtige term, ‘creatieve arbeid’, want het laat zien dat muziek maken ook gewoon werk is.” En alleen al om die reden is een rechtmatige beloning op z’n plaats.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk bij VICE US.