In elk park hangt de geur van vlees en groentes in een verkoold jasje. De briketten en van die gekke, lange aanstekers zijn in de bonus. Al je vrienden sturen je berichten als: “Kom op maat, het is tijd voor een glaasje rosé.” Je raadt het al: het is weer barbecue-seizoen, dus haast je wat en haal die Weber uit het vet of dat wegwerpding uit z’n cellofaantje.
Grillen op kooltjes of hout is een traditie die al ver voor de homo sapiens de go-to-manier van koken was en inmiddels beleven we er – ondanks verfijndere kookmethodes – met z’n allen nog altijd plezier aan. Maar in al die grillgezelligheid schuilt ook een gevaar. Namelijk: hoe meer mensen, hoe meer sukkels – en dat geldt ook zeker voor barbecueërs. Sommige mensen weten best hoe ze zich met een spatel op een relaxte manier staande kunnen houden, maar er zijn ook zeker genoeg lullen in barbecueland. Duik een willekeurig park in en je ziet bergen iets te enthousiaste bro’s die iets te hard speklappen verkolen terwijl ze naar een “lekker setje” luisteren. Je kent ze, het soort mensen dat rechtstreeks naar een grill-goelag moet voor wat heropvoeding.
Videos by VICE
Jij wilt geen lul zijn tijdens het barbecueën, dus wij geven je hier wat hoognodige tips om het voor iedereen leuk te houden.
Nodig altijd je buren uit
Dit is vooral belangrijk als je in de buurt van je huis wat speklappen en haloumi kapot aan het grillen bent. Want je buren moeten toch dealen met de rookwalmen en lamme kletspraat die je vrienden uitslaan. En nou horen we je al denken: ik wil mijn buren helemaal niet uitnodigen. Ik vind mijn buren niet aardig, want ze nemen mijn ASOS-bestelling nooit aan. Sorry, je hebt pech. Dit is wat je hoort te doen. Gelukkig zit de kans er dik in dat ze jou ook niet echt mogen en daarom dat jurkje dat toch een beetje tegenviel niet wilden aannemen. Als dat het geval is, is de kans vrij klein dat ze ook echt komen. Dit noemen we een win-winsituatie.
Kap met je harde muziek
Je hebt je eigen muzieksmaak en jouw Discover Weekly-game is echt tight. Continu worden je obscure italodiscotracks aangeraden, waar je echt heel lekker op gaat, maar betekent dat niet dat je die volumeknop naar rechts moet rukken alsof het een stuur is en je een egeltje probeert te ontwijken. Een muziekje bij het barbecueën is een verrijkende ervaring, maar houd het rustig en probeer niet je park- of buurtgenoten een enkeltje tinnitus te bezorgen.
Het enige nummer dat je wel ongegeneerd hard mag pompen – en waarvan de clip een perfect voorbeeld is van hoe alles wel moet – is het Het Barbecue Lied van Kees Diks:
Wees geen dick, wees als Kees Diks.
Koop geen enorme vleespakketten om vervolgens de helft weg te gooien
Haat jij jezelf, dieren en de wereld? Goed nieuws. Dan zijn van die kant-en-klare barbecuepakketen echt iets voor jou. Het zijn grote plastic sarcofagen vol kleffe stukken vlees die op een maandverbandje rusten. Prima hoor, een vleesje, maar bedenk wel even waar het vandaan komt. Naast dat er ethisch gezien veel mis is met die dingen, gaan ze ook meestal niet op. Niemand gaat een half pak worsten dat zes uur heeft liggen chambreren op tropische temperaturen weer mee naar huis nemen. Denk aan het dode dier, de gigantische hoeveelheid water die het heeft gekost om er vlees van te maken, de aardolie en bijbehorende aardverzakkingen die voor de plastic verpakking hebben gezorgd en de milieuvernietigende uitlaatgassen van de vrachtwagens die het naar jouw supermarkt hebben vervoerd als je die overgebleven resten in de vuilnisbak kiepert. Ga vervolgens naar huis, huil even en doe het nooit meer.
Het heet opruimen en het is niet moeilijk
Barbecueën laat een bende achter die voor elk Gronings studentenhuis een must-have is: kippenpootjes, lege flessen knoflooksaus, vettig papieren servies en bestek en kapotte zonnebrillen met het logo van een matig festival. Hier is in principe niks mis mee: alles wat wordt geconsumeerd laat afval achter. Maar net zoals je de drol in je wc als je klaar bent met kakken wegspoelt, moet je de rotzooi als je klaar bent met barbecueën opruimen. Behandel het park als je wc – is alles wat we maar willen zeggen met deze vergelijking die inmiddels mank is gelopen.
Je hele huisraad hoeft niet naar het park
Natuurlijk is comfort naast de domesticering van dieren en leuke memes één van de drie pijlers waar de menselijke beschaving op gebouwd is, maar barbecueruimte is schaars. Dus is het wel een klein beetje asociaal om drie banken, een salontafel, een ijskast vol koude baco’s en een tv mee te slepen naar het park om de hoek. Want dat zorgt ervoor dat je grillburen speklappen moeten keren op een plekje dat nog kleiner is dan die kooi waar je vroeger je konijn Mickey in liet verpieteren.
Je hebt waarschijnlijk in je jeugd wekenlang op scouting gezeten, met beren geworsteld en zelf torenhoge vuren gemaakt – maar laat iemand anders het op zijn eigen manier rustig proberen.
Het is niet grappig om vegetariërs stiekem vlees te voeren
Bij elke barbecue is er wel zo’n onverlaat die vegetariërs niet ongemoeid kan laten. Hij/zij stelt altijd domme vragen: “Als je zin hebt in nepvlees, kun je toch beter echt vlees eten?” of “Waar haal je je eiwit dan vandaan?” Deze droeftoeter tettert maar door, maar staat er niet bij stil dat barbecueën gewoon om gezelligheid draait. En soms vindt-ie het leuk om stiekem een stukje vlees in het eten van een vegetariër te stoppen, om “te kijken of ze het merken” of “ze kennis te laten maken met wat écht lekker is.” Als je deze gast bent, verdien je het om te dansen op die berg smeulende kolen die altijd overblijft.
Barbecueën is geen wedstrijd
Wees niet de lul die tussen de vuurmaker en de barbecue in springt, zegt dat-ie het beter kan en vervolgens het harde werk van diegene tenietdoet door er een knoert van een houtblok op te gooien. We snappen het: jouw imago van fragiele mannelijkheid is zorgvuldig gecultiveerd. Je hebt waarschijnlijk in je jeugd wekenlang op scouting gezeten, met beren geworsteld en zelf torenhoge vuren gemaakt – maar laat iemand anders het op zijn eigen manier rustig proberen. Wees er ook van bewust dat een goed vuur maken tijd kost. Je zou natuurlijk een paar houtblokken met terpentine kunnen overgieten en alles met een enkele lucifer in de hens laten vliegen, maar dan kun je daarna ook een ambulance voor jezelf bestellen wegens alle kanker die je sappige vleesje of gegrilde aubergine heeft opgenomen. En het is ook belangrijk dat je alleen maar positief bent over de grillkwaliteiten van degene die achter de barbecue staat. Er is namelijk niks irritanter dan constant commentaar over het verkeerde patroon van grillstreepjes.
Bosbranden kunnen echt niet meer
Over vuur gesproken: natuurlijk is het echt vet om dingen in de fik te steken. Het liefst zouden wij het elke dag doen. Maar weet dat je met vuur speelt op het moment dat je de barbecue aansteekt. Laat geen lelijke schroeiplekken op het gras achter, wees er zeker van dat niks meer smeult en veroorzaak geen bosbrand.