Ik sloot mezelf op in een geluiddichte kamer om te zien hoe lang ik absolute stilte kan volhouden

Ik woon in een bruisende stad, dus ik kan me een nachtrust zonder het lawaai van toeterende auto’s op straat of de jankende baby van de buren niet voorstellen. Ik weet dat mensen uit een kleinere stad of uit een dorp wel in slaap vallen zonder herrie, maar ik denk gewoon dat ik dat niet kan. Als ik de sirenes van de ambulance en de politie niet onbewust hoor tijdens mijn slaap, hoe weet ik dan zeker dat ik slaap, en niet dood ben?

Ik ben niet de enige die zich dit afvraagt – experimenten met noise-cancelling hebben aangetoond dat er ook te weinig lawaai kan zijn. Een geluiddichte – of echovrije – kamer in het Orfield Laboratorium in Minnesota staat in het Guinness World Record Book als de “Meest stille plaats op aarde”, en terwijl het vooral gebruikt wordt door fabrikanten om het geluid van hun producten te testen, is het lab ook te bezoeken door publiek. Volgens oprichter, Steve Orfield, heeft niemand het ooit langer dan 45 minuten volgehouden in de kamer. Hij zegt dat sommige bezoekers zelfs na een paar minuten begonnen te hallucineren in de kamer.

Videos by VICE

Ik wilde zelf ervaren of absolute stilte inderdaad ondraaglijk is, dus ik ging naar een andere echovrije kamer – op de Technische Universiteit van Denemarken, in Noord-Kopenhagen. Terwijl er normaal gezien geen bezoekers zijn toegestaan, besloot het instituut om voor mij een uitzondering te maken – de voordelen van het journalist-zijn.

Toen ik op de universiteit arriveerde, leidde ingenieur-assistent Jørgen Rasmussen me naar de grote, stille kamer. Hij zou me begeleiden tijdens mijn bezoek. Toen ik de kamer binnenliep, werd ik meteen overmand door een gevoel van niets – gewoon pure rust en kalmte. Het voelde alsof ik dikke watten in mijn oren had. Als ik met mijn handen klapte, werd het geluid meteen gedempt. Toen ik probeerde te praten, leek het alsof de woorden uit mijn mond werden gezogen door de muren, het plafond en de vloer.

De muur was bekleed met zachte, horizontale en verticale stekels, wat voorkomt dat het geluid vibreert. Ik had nog nooit zoiets gezien. En om mijn gedesoriënteerde gevoel te versterken, gaf de zachte vloer gemaakt van draadvlechtwerk me het gevoel alsof ik zweefde.

De kamer houdt 99.9 procent van het achtergrondgeluid tegen. Foto door de auteur.

Om 13.00 uur sloot Jørgen de zware, beklede deur en startte ik de stopwatch van mijn telefoon. Voordat hij de deur helemaal sloot, herinnerde hij me eraan dat ik hem kon bellen als ik me ongemakkelijk voelde of eruit wilde, want niemand zou me horen als ik ging schreeuwen – een geruststellende gedachte.

Na een paar seconden begon ik me oprecht zorgen te maken over de mogelijkheid om compleet gestoord te worden. Om daartegen te vechten, probeerde ik me te ontspannen en er maar het beste van te maken. Ik fantaseerde dat ik een astronaut in de ruimte was, voor een belangrijke missie. Maar nadat ik de moonwalk een tijdje had geprobeerd, raakte ik afgeleid door iets wat klonk als een brandalarm, heel ver weg. Ik wist dat dat onmogelijk was. Ik was een minuut binnen en mijn brein was al met me aan het spelen.

Een paar momenten later vervaagde het geluid van het alarm en hoorde ik ineens mijn hartslag. Ik besloot om tegen mezelf te gaan praten, omdat ik dacht dat dat de enige manier was waarop ik niet helemaal gek zou worden. Ik omschreef hardop mijn outfit, maar dat stelde me, zoals te verwachten, op geen enkele manier gerust.

Mijn nek was het volgende lichaamsdeel dat onverwachte geluiden begon te maken. Elke keer als ik mijn hoofd draaide, hoorde ik iets wat me deed denken aan het kraken van een zak chips. Ik verplaatste mezelf naar het midden van de kamer en ging liggen, zodat ik mijn zintuigen weer kon heroriënteren – dit was waarschijnlijk het slechtste idee ooit. Terwijl ik op de grond lag, leek het alsof ik stoned was, alsof ik rond zweefde in een grote, fluorescerende container. Tijdens dit dieptepunt checkte ik voor het eerst mijn stopwatch. Zes minuten waren verstreken.

Als ik mijn lichaam niet kan laten stoppen met het maken van al deze geluiden, kan ik het maar beter gewoon accepteren, dacht ik – dus ik probeerde mee te neuriën met alle geluiden en ritmes van mijn lichaam. Als tegen jezelf praten het eerste teken van gekte is, dan is de tweede zonder twijfel beatboxen op je eigen hartslag.

Ergens tijdens de twintig minuten die volgden, bedacht ik me dat de tijd vast sneller zou gaan als ik ging slapen. Ik belde Jørgen en vroeg hem om de lichten uit te doen. Een slecht idee. Zonder enig licht of visuele aanwijzingen, verloor ik al het gevoel van psychische oriëntatie en voelde het alsof ik rond zweefde in de leegte. Ik wachtte op het moment dat mijn ogen zich zouden aanpassen aan de donkerte, maar dat gebeurde niet.

Hoewel ik kan zeggen dat het nogal verschrikkelijk is om niets te zien en niets te horen, bleef ik in de kamer. Rond veertig minuten probeerde ik te schreeuwen, gewoon om te kijken of iemand naar binnen zou rennen, maar niemand kwam.

Een paar minuten later begon ik erg duizelig te worden en pakte ik mijn telefoon. Mijn handen waren zo aan het zweten dat de vingerafdrukscanner me niet eens herkende. Omdat ik in paniek raakte, toetste ik drie keer de verkeerde pincode in voordat het me uiteindelijk lukte om in de telefoon te komen. In mijn enthousiasme om het feit dat ik eindelijk mijn eigen telefoon in kon, liet ik het bijna vallen. En dat was het. De angst die ik op dat moment voelde, toen ik bijna mijn enige weg uit deze zwarte, geluidloze leegte verloor, was alle motivatie die ik nodig had om dit experiment te beëindigen. Ik belde Jørgen en vroeg hem me naar buiten te laten.

Ik voelde me natuurlijk niet helemaal mezelf toen de lichten weer aangingen, dus Jørgen kwam naar binnen om me te redden. Ik had gehoopt dat ik het uren zou volhouden, maar dat lukte niet. Toen ik eindelijk uit de ruimte stapte, was het alsof ik op een rave stond – mijn oren knalden door het lawaai van alle achtergrondgeluiden die we normaal gesproken blokkeren.

Het lukte me om 48 minuten binnen te blijven. Ik vertel mezelf dat ik het langer vol had kunnen houden, als ik de lichten niet uit had laten doen. Maar uiteindelijk was de stilte iets te schreeuwerig voor me.