Er was ooit een periode waarin iedereen dacht te begrijpen wat Skrillex nou werkelijk deed. Nadat hij zijn tijd als jongvolwassene doorbracht in screamo-kringen en naar Daft Punk-shows ging in stadions, begon hij knoeperharde bas-drops te maken. Hij bestormde daarmee de popwereld, en liet het Amerikaanse publiek kennismaken met dubstep. Tussen deze chaos door wist hij tot verbazing van velen nog wat Grammys binnen te slepen. Hij produceerde en remixte wat tracks voor andere artiesten, en liet de muziek van onder meer A$AP Rocky en Korn klinken alsof de aarde in brand staat.
Maar hoe meer tijd er verstreek, hoe minder duidelijk het werd wat je nou kon verwachten als de naam Sonny Moore in de producercredits stond. De artiest begon steeds meer de vorm aan te nemen van een kameleon, en zijn werk kon zich beter aanpassen op het geluid van andere muzikanten. Als je goed oplette viel deze ommekeer in Skrillex’ oeuvre vrij vroeg op, maar de grote veranderen begonnen pas in 2015. Destijds werkte hij samen met Diplo aan onvervalste popmuziek als Jack Ü, waarbij het duo de stemmen van de grootste popsterren ter wereld vervormden naar iets compleet nieuws. Hij werd ook binnengesleept om aan Justin Biebers laatste album te werken, Purpose, waarmee hij een neonkleurige cyberpunksfeer over de Biebs goot. Skrillex was altijd al wereldberoemd, maar toen hij liedjes begon te produceren die daadwerkelijk op de radio gespeeld konden worden, verzachtte iets.
Videos by VICE
Zonder de krijsende synths en apocalyptische atmosfeer, is het veel moeilijk om te horen wat zijn bijdrages zijn aan de tracks waar hij aan werkt. De mensen met wie hij samenwerkt zeggen dan ook altijd hetzelfde over zijn werk. Het is altijd ‘simpelweg anders’ of ‘magisch’. Ook betichten ze hem vaak van ‘het strooien van buitenaardse stoffen, waarbij hij zonder moeite een track compleet vervormt’. Ook vergeleek iemand zijn muziek met het hebben van Gilles de la Tourette.
Maar wat betekent dat nou echt? Het zegt in elk geval dat hij in principe alles kan doen wat hij maar wil, ook al hebben de mensen met wie hij werkt geen enkel idee van wat hij doet. Dit jaar heeft hij gedurende een hele rits eigen singles en productiewerk het meeste gebruik gemaakt van die vrijheid. Hij ziet het als een kans om zichzelf op elk genre te kunnen storten. Alleen al in de afgelopen paar maanden maakte hij Jersey club met Sliink, indiepop met Hundred Waters en EDM met Poo Bear. Ook was hij druk bezig met een mix tussen r&b en reggae voor Damian Marley en Ty Dolla $ign, en hielp hij met de comeback van altrockers Incubus. In de tijd die hij over had compileerde hij nog een house-album voor zijn eigen label OWSLA, en hij bracht zijn oude emoband From First to Last terug om een single uit te brengen. In geen van deze muziek is ook maar één drop te bekennen.
Als je deze liedjes in een playlist gooit, ontstaat er een flinke kakofonie. Dat laat zien hoe veelzijdig hij is als producer, maar ook hoe erg hij naar de achtergrond is verdwenen. Zijn meest recente solowerk is alweer een paar jaar oud – hij was vooral bezig met zichzelf op nieuwe stijlen storten in dienst van andere artiesten.
Een paar weken terug bracht Ty Dolla $ign So Am I uit, waar Skrillex nu prominent in gecredit staat als featured artiest, naast Damian Marley. Dit is een voorbeeld van hoe Moore nu te werk gaat. De digitale dub die de ruggengraat van het nummer vormt, staat zover af van wat hij normaal doet, dat je zou denken dat er ook nog andere producers mee hebben gewerkt aan het lied. Dat is dus niet zo. Toch voelt het ook ergens heel naturel dat hij dit doet.
Saint Laurent, zijn samenwerking met Sliink en Wale voelt hetzelfde aan. Het begint met een standaard hiphopbeat die de teksten van Wale ondersteunt, en verandert kort daarna in een Jersey club-productie die perfect samengaat met wat Sliink normaal gesproken doet. So Am I en Saint Laurent geven Skrillex de kans om de kracht van de artiesten met wie hij werkt volledig te benutten. Hij laat de artiesten niet op zijn eigen scheurende geluiden zingen of rappen, wat ervoor zorgt dat hij iets nieuws maakt, in plaats van iets dat hij al jaren geleden achter zich heeft gelaten.
Toch komen die oude productiegewoontes van Skrillex nog weleens terug in zijn muziek. Op So Am I weet hij stiekempjes een beetje van Where Are Ü Now erin te glippen, waarbij hij een vocal laat klinken als hoge vogelzang. Ook op Saint Laurent hoor je hoe hij speelt met de stem van Wale, luister maar eens naar dat stotterende refrein. Dit zijn bekende trucjes uit de goocheldoos van Skrillex, maar ze klinken fris als ze gecombineerd worden met iets als laptop-reggae. Het is niet alsof hij genres opnieuw uitvindt of verbetert, maar het is interessant om te zien hoe hij speelt met bestaande geluiden en daar iets compleet nieuws van maakt. Het lijkt nog het meeste op hoe een geleerde een ontzettend ingewikkelde wiskundige formule probeert op te lossen.
De oorzaak van deze verandering in Moore’s carrière ligt waarschijnlijk ook aan het feit dat de muziek waar hij groot mee is geworden commercieel niet meer zo gaande is. De clubeigenaren in Las Vegas investeren in andere muziek, en de grootste sterren uit de scene verklaarde het genre al ergens in 2013 al dood. De smaak van Skrillex is altijd al gecompliceerder geweest dan zijn hits en festivalsuccessen misschien suggereren. Hij is dol op Aphex Twin en hij maakt ook graag liedjes die klinken als Burial. Vergeet bovendien niet dat hij tegen journalisten praat over buitenaardse wezens. Hij is de eigenaar van een label dat vernieuwende dance uitbrengt, maar hij brengt ook platen uit van opkomende singer-songwriters.
Het was nooit het plan van Skrillex om enkel bangers uit te brengen, en daarom is het fascinerend om te zien hoe steeds meer afstand neemt van de muziek die hem talloze awards en héél veel geld heeft opgeleverd. Sonny Moore blijft samenwerken met vrienden uit verschillende genres, en hij is waarschijnlijk heel erg goed in wat hij ook gaat doen, ook al probeert hij alles tegelijk te doen.