Entertainment

De Jonas Brothers zijn terug, maar moeten wel weer even wennen aan interviews

Jonas Brothers 2019 press photo

De Jonas Brothers weten niet waar ze moeten zitten. We staan in een bar die een kruising lijkt te zijn tussen een plantenkas en een chic warenhuis. De broers kijken naar vier groene banken die allemaal in een andere hoek van de ruimte staan. “Misschien moeten we er allemaal eentje pakken en gewoon een beetje naar elkaar schreeuwen,” stelt Joe voor.

Uiteindelijk kiezen we er toch gewoon eentje uit, en bestellen we vier koppen lauwe koffie. Joe is opgewekt, de andere twee wat minder. “Ik heb goed geslapen vannacht,” zegt hij terwijl hij een slok neemt. Nick zit er een beetje apathisch bij en lijkt weinig onder de indruk te zijn van zijn broers enthousiasme.

Videos by VICE

Dat ze hier met z’n drieën zitten is überhaupt al vrij bijzonder. Hun nieuwe album, Happiness Begins, is het eerste dat ze in negen jaar tijd hebben uitgebracht. De eerste single Sucker is gelijk goed ontvangen: in de Verenigde Staten was het hun eerste nummer dat op één kwam in de Billboard Hot 100, en daarmee ook de eerste nummer één-hit van een boyband werd sinds Bump, Bump, Bump van B2K in 2003. In Nederland heeft Sucker het tot de zesde plek geschopt in de Top 40. Ze hebben ook inmiddels een wereldtournee aangekondigd.

Nieuwe bands zouden heel blij worden van zulk succes, maar de Jonas Brothers kennen het hele circus van reizen, promoten, in de studio zitten en optreden wel zo langzamerhand. Niet dat het ze volledig koud laat – ze zijn zeker blij dat mensen ze nog altijd willen horen en zien – maar ze zijn in ieder geval wat ingetogener geworden. En dat is best begrijpelijk, als je bedenkt wat ze de afgelopen jaren hebben meegemaakt.

Kort nadat ze in 2006 een contract hadden getekend bij Hollywood Records, het label van Disney, werden ze direct een groot succes. Ze werden vooral populair onder tieners, verkochten miljoenen platen en kregen rolletjes in series en films. Maar op muzikaal gebied ontwikkelden ze zich amper: toen ze in 2013 hun single Pom Poms uitbrachten, was het duidelijk dat ze er niet in waren geslaagd om met hun fans mee te groeien. De opvolger First Time zijn de meeste mensen zelfs al lang weer vergeten.

Zelf lijken de broers daar niet zoveel mee te zitten. Ze hebben die tijd een hoop materiaal opgenomen dat nooit is uitgebracht, en als ik ze vraag of ze daar teleurgesteld over zijn, moeten Joe en Kevin een beetje lachen. “We waren niet zo tevreden met die muziek, het leek alsof we niet helemaal op één lijn zaten,” zegt Nick. “Dat is ook een van de belangrijkste redenen dat we uit elkaar gingen. En omdat we niet wisten of we nog wel vooruit konden komen, beperkten we onszelf ook erg in creatief opzicht.”

“We waren eigenlijk allemaal ergens anders mee bezig,” voegt Joe toe. “We konden het niet eens worden over de teksten, zelf had ik ook weinig inspiratie. Het voelde een beetje alsof ik gewoon deed wat moest, en de muziek er toch wel zou komen. Dus ik was er gewoon als dat van me gevraagd werd, maar ik voelde weinig connectie met wat we uiteindelijk maakten.”

Waarom ze niet gewoon andere schrijvers vroegen? De broers hebben het altijd belangrijk gevonden om dicht bij hun eigen teksten te staan – cruciaal zelfs. Ze hebben in 2006 dan wel twee liedjes gecoverd van Busted ( Year 3000 en What I Go to School For), maar Burning Up, SOS, Love Bug en A Little Bit Longer hebben ze zelf geschreven. Daarnaast waren ze bang om afgewezen te worden omdat ze op muzikaal vlak geen vooruitgang boekten. In 2013 gingen ze uit elkaar.

In de jaren daarna gingen de broers allemaal hun eigen weg: Nick dook de sportschool in en poseerde in z’n ondergoed, en bracht het nummer Jealous uit. Joe sloot zich aan bij de band DNCE, en Kevin kreeg twee kinderen, Alena en Valentina. Het was geen makkelijke tijd. “Ik wist niet of ik ooit nog muziek wilde maken,” zegt Joe. “Ik moest opnieuw uitvinden wat ik wilde doen. Ik heb een hoop verschillende dingen geprobeerd, maar het duurde even voordat ik weer inspiratie kreeg.”

Jonas Brothers trio press photo 2019

Kevin voelde zich bovendien gekwetst, omdat Joe en Nick nog een keer als de Jonas Brothers hadden opgetreden zonder hem erbij te betrekken. Na de geboorte van zijn eerste kind had hij het gevoel dat hij zijn beste vrienden was kwijtgeraakt. “Het is niet zo dat ik had gezegd dat ik geen muziek meer wilde maken, maar ik wilde gewoon kijken wat ik nog meer leuk vond en kon.”

De broers laten elkaar hun zegje doen. Nick is erg stil, en zit vaak naar de andere hoek van de kamer te staren. Soms lijken ze wat afstandelijk naar elkaar te zijn, alsof ze nog steeds de littekens van die moeilijke periode met zich meedragen. De afgelopen jaren hebben vooral in het teken gestaan om hun familieband opnieuw uit te vinden, en dat begon toen ze bij elkaar waren gekomen vanwege Kevins kinderen. “We namen gewoon de tijd om onze vriendschap te herstellen,” zegt Joe. “We hadden het verder helemaal niet uitgebreid over muziek gehad. Maar we hadden wel zoiets van: laten we het weer oppakken.”

“We kregen een aantal aanbiedingen voor een reünie,” gaat Nick verder. “Een daarvan leek een goede optie, en we hebben het ook overlegd, maar niet iedereen wilde meedoen.” Hij wacht even en kijkt naar Joe. “Maar het bracht wel het gesprek op gang over wat we samen zouden kunnen doen.”

Nick en Kevin vlogen naar Australië, waar Joe als coach voor The Voice werkte . Afgezien van een etentje in Londen in het jaar daarvoor, was dit de eerste keer sinds een lange tijd dat de broers met z’n drieën samen waren. Ze deden wat verantwoordelijke volwassenen wel vaker doen: ze zopen zich te pletter en bespraken alle problemen die ze met elkaar hadden. Dat werkte.

Het duurde niet lang voordat de Jonas Brothers weer muziek gingen maken. Ze werkten samen met grote namen uit de muziekindustrie: van Max Martin en Shellback tot Greg Kurstin en Ryan Tedder, die het album geproduceerd heeft. Voor Kevin was het wel wennen, omdat hij zes jaar niet met muziek bezig was geweest. De manier waarop muziek gemaakt en geconsumeerd werd was ineens nogal anders. “Streamen was eerst bijvoorbeeld nog niet echt een ding.”

Happiness Begins is hoe dan ook een goed album geworden. I Believe, een nummer dan Nick samen met Kurstin heeft geschreven, houdt een beetje het midden tussen Jealous en de gelikte romantiek van Hold On We’re Going Home, en Every Single Time is een reggae-achtig liedje dat zo uit het repertoire van DNCE lijkt te komen. En in tegenstelling tot bij de meeste moderne popmuziek, zou je je niet kunnen voorstellen dat iemand anders Only Human zou kunnen maken, een ska-achtig liedje met blaasinstrumenten. En dan is er nog de leadsingle Sucker, waarin de typische Jonas Brothers-akkoorden een hedendaags jasje krijgen.

Op een gegeven moment zwaait hun agent naar me, om aan te geven dat de tijd erop zit. De bandleden hebben zo een fotoshoot en moeten daarna nog optreden. Zodra we allemaal opstaan en elkaar een hand geven, zeg ik dat ik blij voor ze ben dat ze eindelijk weer samen Thanksgiving kunnen vieren. Ze kijken elkaar ongemakkelijk aan. “We hebben wel vrij, en zijn dan in de buurt van New Jersey,” zegt Kevin. “We kunnen het bij jou thuis vieren?”, vraagt Nick. Ik kijk naar Joe. “Geen idee,” zegt hij met een schouderophalen. “Uiteindelijk blijven we ook gewoon bandleden. We kijken wel even hoe het loopt.” Ze lopen samen het café uit.