Groene bedoelingen

Dit artikel verscheen eerder in onze Festival Guide.

Begin dit jaar klaagde de Partij voor de Dieren in Amsterdam over het grote aantal festivals dat er in en om Amsterdam werd gehouden in natuurgebieden. Dat was een tikkeltje ironisch, want veel van die festivals doen juist vreselijk hun best om lief te zijn voor de natuur. Als het aan festivals zou liggen zou het milieu er waarschijnlijk zelfs op vooruitgaan. Het probleem is alleen: het systeem fuckt ze veel te hard.

Videos by VICE

Festivals laten zich graag van hun allergroenste kant zien. Lowlands heeft bijvoorbeeld een aparte ‘Green&Clean’-sectie op de website, organisator ID&T heeft zelfs een aparte duurzame afdeling en er zijn veel festivals die proberen om hun uitstoot naar nul te brengen. Welcome to the Future, van ID&T, noemt zichzelf ‘het groenste festival van Nederland’ en kreeg vorig jaar die erkenning van de Britse stichting A Greener Festival. Ze doen er namelijk alles aan om zo groen mogelijk te zijn. Het festijn vindt plaats in natuurgebied ‘t Twiske, in de buurt van Zaandam.

Projectmanager Carina Kornfeind vertelt hoe hard het festival z’n best doet: “Elke boom, heuvel en elk plasje wordt onderzocht, om te kijken hoeveel vogels, konijnen en vissen er wonen. Tot aan de Europese Unie is bekend hoeveel kuikentjes er in welk nest zitten. De herrie van het festival kan de broedtijd van die beesten verstoren en dat willen we niet. Daarom wordt het festival pas gehouden als alle kuikens hun nest uit zijn.”

Het lukt de organisatie om op ongeveer alle punten goed te zijn voor moedertje natuur: eten is biologisch, bekers worden gerecycled en al het afval wordt opgeruimd. “Tot aan elk rottig klein Flügeldopje aan toe,” aldus Carina, die aan weinig in de wereld zo’n bloedhekel heeft als aan die kleine gele dopjes die zich de grond in graven.

Veel festivals proberen tot en met je kak aan toe iets goeds voor het milieu te doen, bijvoorbeeld door biogas, fosfaat en ammoniak uit je dronken drollen te halen. Toch gaan al deze inspanningen de naderende milieu-apocalyps niet echt een strobreed in de weg leggen. Want festivals zijn helemaal niet groen, ze zijn hooguit zo groen mogelijk. Hoe hard festivals ook hun best doen, ze zijn nou eenmaal afhankelijk van heel veel dingen die het milieu mollen. Niet-festivallend Nederland is namelijk helemaal niet duurzaam. Nog geen vijf procent van alle energie die verbruikt wordt komt van zon- of windenergie. We halen met moeite ongeveer 10% duurzame energie, terwijl de overige 90% nog gewoon ouderwets de wereld bevuilt. Nederland staat daarmee onderaan in Europa als het aankomt op duurzame energie. En als dat het land is waar je je festival moet houden, dan is het niet raar dat het allemaal nogal moeilijk gaat om de ijsberen te ontzien.

Want op ook op het hypergroene Welcome to the Future ontkomen ze niet aan de massale inzet van stinkende, lawaaierige, klimaatveranderende dieselgeneratoren. Er is namelijk nog niet genoeg goede technologie, of voldoende subsidie om daaraan te ontkomen. ID&T mengt er nu 27% biodiesel bij, maar heeft nog geen goede oplossing. “We hadden ooit een 100% biodieselgenerator staan, maar die hield het niet lang vol,” vertelt Carina. “Het hele productiekamp zat zonder stroom, inclusief de politie.”

Ook Lowlands wil graag af van de diesel, zegt Bente Bollmann van organisator Mojo. “Die generatoren zijn echt slopend voor het milieu; het zou echt fijn zijn als we die ooit konden vervangen.” Lowlands verbruikt maar liefst 130 duizend liter diesel tijdens het festival. Zo goed als alle festivals draaien op diesel of benzine, omdat ze ver verwijderd zijn van de bewoonde wereld en dus niet op het normale stroomnet kunnen.

In Frankrijk is er een bedrijf met de naam Magnum dat een ‘Green Generator’ heeft ontworpen en daar als een soort experimentele gimmick kleine festivals mee van stroom voorziet. Het is een bak batterijen met daarop een lading zonnepanelen en een paar windturbines. Ooit is het gelukt om met deze techniek één stage draaiende te houden, maar garanties voor grotere toepassingen durft medewerker Julien Glaizes niet te geven. “Op dit moment is het gewoon nog niet mogelijk om er helemaal op over te schakelen en je wil ook niet dat de hele boel opeens uitvalt.”

Toch wordt het langzaam aan wat beter allemaal. De Amsterdamse start-up Watt-Now bestaat uit drie jongens met een technische achtergrond. Ze realiseerden zich dat festivals pas aan het beginpunt staan van hun vergroening, ondanks hun goede bedoelingen. “Terwijl je echt superveel kosten kan besparen door slim met energieverbruik om te gaan,” vertelt Jim van Oosten. “Een simpel voorbeeld is dat het bier op festivals nu op allemaal verschillende plekken wordt gekoeld. Elke bar heeft z’n eigen aggregaat, die alleen maar staat te loeien voor die koelkast. Je kan ook al het bier koelen op één plek en dan dat koude bier even naar de andere bars brengen.”

Een festival als Lowlands, met 60.000 bezoekers, verbruikt een hoeveelheid energie die iets lager is dan een stadje van dezelfde grootte (Gouda of Assen of zo). “Als je precies weet welke sector van het festival wanneer stroom nodig heeft, kan je enorm veel besparen,” aldus Jim.

We proberen elk jaar een stapje verder te komen, maar daar hebben we vooral ook de hulp van het publiek voor nodig. Maar liefst 43% van de CO2-uitstoot van een festival wordt veroorzaakt door publieksvervoer van en naar het festival. Als je planeet aarde een fijne planeet vindt en je wil hem nog even bewaren zoals-ie is, dan moet je dus gewoon lekker op de tandem naar de festivals gaan. Of met een paar halve liters bij de hand in de trein of de bus gaan zitten. “Bij de laatste editie* van Welcome to the Future kwam een derde (meer dan 7.500 mensen) op de fiets vanuit Amsterdam,” aldus Carina. “Daarvoor hadden we een bandenplakservice langs de route gezet. Dat werkte, alleen hangt zoiets wel van het weer af, natuurlijk.”

Wat afval betreft moeten Nederlandse festivalgangers vooral doorkrijgen dat het niet oké is om rommeltjes overal neer te kwakken. “Als je op Coachella in de VS bent,” zegt Bente Bollman, “dan liggen er na een concert misschien tien bekertjes op de grond. In Nederland flikkert iedereen alles maar neer.” Wist je dat als je een peuk op de grond gooit, deze vijf jaar kan blijven liggen en dat de kans groot is dat-ie eindigt in de maag van een babymeeuw?

Alle mooie praatjes daargelaten, Nederland slaat een modderfiguur als het op milieudingen aankomt. Festivals kunnen koketteren met hun groene shit, maar als verder niemand echt moeite wil doen kunnen we binnenkort een festival op de Noordpool organiseren.

*Dit artikel verscheen in juni in onze Festival Guide. Welcome to the Future werd dit jaar afgelast vanwege de zomerstorm.